DE HEER A. H. HEINEKEN, NIEUWE VOORZITTER VAN DE RAAD VAN BESTUUR voorbereidingen getroffen ten aanzien van goede aan- en afvoerwegen voor het nieuwe terrein. Inzake het afvalwater van de brouwerij zijn de besprekin gen met het Hoogheemraadschap Rijnland nog niet af gesloten. De raad van bestuur hoopt spoedig een bevredi gende regeling te kunnen treffen. De verwachting, dat door de integratie Heineken-Amstel de efficiency op het gebied van inkoop, engineering en research belangrijk zou worden bevorderd, is bewaarheid. DIVISIE INTERNATIONAAL Export De afzonderlijke exportorganisaties van Heineken en Amstel werden volledig geïntegreerd. De export van onze beide merken heeft wederom op be vredigende wijze tot de totale omzetstijging bijgedragen. De gemeenschappelijke export nam toe met ruim 6 °/o tot 1.184.000 hl, ondanks het feit, dat in de verslagperiode in de belangrijke markt Engeland werd overgegaan op lokale produktie van Heineken bier in licentie. Verdeeld over de verschillende werelddelen zag de export in hectoliters van beide bieren er in 1969/1970 als volgt uit: Amerika 444.200 Europa 353.300 Afrika 179.800 Azië, Oceanië en scheepsproviand 206.400 1.183.700 De omzet in de Verenigde Staten van Amerika steeg met het zeer bevredigende percentage van 22 °/o tot 232.000 hl. Daarmede blijven de Verenigde Staten ruimschoots de voornaamste exportmarkt. Zij worden in belangrijkheid gevolgd door Frankrijk en Zweden met respectievelijk 102.000 hl en 51.000 hl. Ook bij de export werd een sterke stijging in de blikbier- omzet behaald. Industriële Belangen Buitenland De omzetten van de met ons geassocieerde buitenlandse brouwerijen waren over het algemeen van bevredigend tot goed. (Deze brouwerijen hebben over het kalenderjaar 1970 5.300.000 hl bier omgezet, zodat Heineken met de eigen omzet meegerekend technisch betrokken was bij een omzet van 10.400.000 hl bier. Red.) In het bijzonder kon melding worden gemaakt van het grote succes van het door Whit- bread Co. in Luton, Engeland, in licentie gebrouwen Heineken bier. Dankzij de grote verkoopaktiviteiten van Whitbread heeft het Heineken merk reeds een belangrijke plaats veroverd op de in Groot-Brittannië snel groeiende markt voor 'lager' bier. Verder kon vermeld worden dat de Mouterij Albert N.V. te Wijnegem, België, die tot dusver tezamen met een andere onderneming door ons concern werd geëxploiteerd, thans geheel ons eigendom werd. In Centraal Afrika is in Mbandaka met de bouw van een nieuwe brouwerij begonnen. In december 1969 werd een overeenkomst aangegaan met op Madagascar gevestigde belangstellenden voor de bouw van een brouwerij in de hoofdstad Tananarive ,,Les Brasseries de Madagascar S.S.". De nieuwe brouwerij, die onlangs in bedrijf werd gesteld, vervaardigt Amstel bier in licentie. Ons belang in de te Johannesburg gevestigde brouwerij Whitbread South Africa (Pty) Ltd. werd overgenomen door Whitbread Co Ltd. te Londen. Het resultaat van alle bovengenoemde activiteiten leverde een nettowinst op van 46.668.000, Deze nettowinst wordt voor twee derde in de onderneming gehouden. Over het resterende derde deel zal aan aandeel houders een dividend van 3,50 per aandeel van 25, worden uitgekeerd. Wanneer de heer Heineken op 25 februari 1971 het voor zitterschap van de raad van bestuur op zich neemt, zal het bijna 29 jaar geleden zijn, dat hij bij de onderneming in dienst trad. Hij heeft in de loop der jaren aan veel activiteiten in de onderneming persoonlijk meegewerkt. In Rotterdam begon hij bij de proefziederij en daarna volgde een stage bij de af deling Inkoop grondstoffen. Elke zaterdag woonde hij de vergadering van de verkoopstaf bij, tevens werd hij inge schakeld bij de voorbereiding van de nieuw op te zetten reclamecampagnes. Natuurlijk maakte hij deel uit van het bierproefpanel van het Centraal Laboratorium. In 1946 ging de heer Heineken naar de Verenigde Staten, waar hij eerst anderhalf jaar werkte op het kantoor van Van Munching Co. Inc. te New York, onze importeurs, en daarna als leider van de verkoop van Heineken bier aan de westkust van de U.S.A. Na zijn terugkeer in 1949 stelde hij zich gedurende een half jaar op de hoogte van de naoorlogse situatie van de Nederlandse economie bij de Nederlandsche Handel Maat schappij te Amsterdam (thans A.B.N.). Daarna kwam hij op het hoofdkantoor als assistent bij de verkoop. Al spoedig maakte hij deel uit van de nieuw ge vormde reclameafdeling. Na van 1951 tot 1958 commis saris van de vennootschap geweest te zijn en van 1958 tot 1964 gedelegeerd commissaris, werd hij in het laatst ge noemde jaar lid van de raad van bestuur en in 1969 vice- voorzitter. Wij wensen de heer Heineken bij het aanvaar den van de hoogste post bij onze onderneming toe, dat het hem gegeven mag zijn een voortgaande ontwikkeling en groei van het concern te bewerkstelligen. 5

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Tap en Schap | 1971 | | pagina 9