Sluiting
vestiging
Mauritskade
Amsterdam
Over de ontwikkelingen binnen haar arganisati
horeca-leiding periodiek contact n^fte Centn
Ondernemingsraad (COR). Ook 'möe afgelopi
werd de desbetreffende commiyie vgn d^O
uitvoerig geïnformeerd over eerrSSfïïal aspect!
betrekking tot de invoering van de horecagebieden, met
name op personeelsgebied.
Ten aanzien van de instelling van zogenoemde
personeelscommissies als vertegenwoordigende
organen van de medewerkers van de verschillende
horecagebieden, wordt verwezen naar het hoofdstuk
Ondernemingsradenwerk, elders in deze uitgave.
De eerste ervaringen met de nieuwe wijze van
geïntegreerde bewerking van de horecamarkt zijn
gunstig te noemen. Vanzelfsprekend is met name in het
eerste ingestelde horecagebied Limburg het
aanpassings- en gewenningsproces niet zonder
problemen tot stand gekomen. Mede echter dankzij de
instelling en de inzet van alle betrokken medewerkers is
het inspelen op de nieuwe situatie bevredigend
verlopen. Het werken in de nieuwe organisatie wordt
zeer nadrukkelijk als positief ervaren.
Ook bij onze relaties is de nieuwe wijze van
marktbewerking bijzonder goed overgekomen. Met
name het verbeterde contact, zowel vanuit de markt naar
het verkoopkantoor als omgekeerd, geeft aan dat onze
afnemers de aanwezigheid van Heineken in hun gebied
op waarde weten te schatten.
In de vorige verslagperiode is medegedeeld dat na
uitvoerig overleg met de werknemersorganisaties en de
Ondernemingsraad (OR)-Mauritskade, respectievelijk
de Centrale Ondernemingsraad, besloten was de
activiteiten van de brouwerij aan de Mauritskade te
Amsterdam af te bouwen, om vervolgens rond 1982
deze vestiging te sluiten.
Na de bekendmaking hiervan zijn besprekingen gevoerd
met de Ondernemingsraad Mauritskade over het
afbouwplan, te weten het in fasen beëindigen van de
werkzaamheden in de verschillende afdelingen.
Het afbouwplan kwam in december 1978 gereed. Nadat
de OR-Mauritskade dé inhoud van dit plan had
goedgekeurd, is het aan alle medewerkers van de
brouwerij Mauritskade toegestuurd.
Over de inhoud van de overplaatsingsregeling
Amsterdam/Mauritskade - Zoeterwoude werden met de
werknemersorganisaties besprekingen gevoerd.
Via de 'COR-overlegcommissie
overplaatsingsregelingen' werden de
mdèrnemingsraad Mauritskade en de COR
rnmerd over de stand van zaken rond de
;ekirJjen met de werknemersorganisaties, terwijl de
tis^e zelf suggesties met betrekking tot de inhoud
darfegeling deed.
in de zomer van 1979 werd met de
werknemersorganisaties overeenstemming bereikt over
de inhoud van de overplaatsingsregeling.
In de daarna volgende gesprekken met de
OR-Mauritskade en de COR hebben deze te kennen
gegeven akkoord te gaan met de inhoud van de
overplaatsingsregeling, nadat over de wijze van
toepassing van de regeling en met name over de
interpretatie van een aantal punten daaruit, afspraken
waren gemaakt.
Het op 22 juni 1978 uitgebrachte voorlopige advies ten
aanzien van de sluiting van de brouwerij, werd door de
OR-Mauritskade en de COR omgezet in een positief
advies zonder voorbehoud, hetgeen in de
COR-overlegvergadering van 4 december 1979 is
geformaliseerd.
Met de geleidelijke afbouw van de brouwerij is in het
afgelopen jaar een begin gemaakt. In de zomer van 1979
werd de mouterij gesloten. Ook de vatencolonne werd
buiten bedrijf gesteld.
Het personeelsbeleid is er op gericht de gevolgen van de
afbouw voor het personeel zoveel mogelijk te beperken.
Alle in dit verband noodzakelijke herplaatsingen zijn, dan
wel worden, in nauw overleg met de betrokkenen en met
de daartoe ingestelde begeleidingscommissie tot stand
gebracht. Deze commissie heeft bij de herplaatsing een
belangrijke taak. Zij brengt advies uit, heeft een stem in
het herplaatsingsbeleid en begeleidt de individuele
medewerkers. De begeleiding is er op gericht de
aanpassing aan de nieuwe functie zo soepel mogelijk te
laten verlopen. In een enkel geval, waarin de aanpassing
aan de nieuwe functie niet naar verwachting verliep werd
aan betrokkene een andere functie aangeboden. Zoals
in het afbouwplan is vastgelegd, is het uitgangspunt dat
alle daarvoor in aanmerking komende functies in de
andere Amsterdamse vestigingen (Stadhouderskade,
Weteringplantsoen en Bullewijk) in eerste instantie
gereserveerd worden voor medewerkers van de
Mauritskade. Op grond hiervan zijn in de verslagperiode
33 medewerkers van de Mauritskade naar deze
vestigingen in Amsterdam overgeplaatst.
Het betreft hier medewerkers, die allen zelf naar de
desbetreffende functie gesolliciteerd hebben.
Uit de gegadigden wordt steeds, in overleg met de
begeleidingscommissie, die sollicitant voor de functie in
Amsterdam voorgedragen voor wie de overplaatsing
naar Zoeterwoude het meest bezwaarlijk is.
Ook is reeds een aantal medewerkers, na hiertoe de
wens te kennen te hebben gegeven, op eigen verzoek
naar vestigingen buiten Amsterdam overgeplaatst.
Voor de 'achterblijvers', die tijdens de afbouwperiode
onder soms moeilijke omstandigheden hun
werkzaamheden moeten verrichten, is een woord van
waardering voor de getoonde inzet en betrokkenheid
hierzekeropzijn plaats.
6