Wijziging boekjaar De Nederlandse organisatie Ons concern in de wereld besteden aan de activiteiten, waar ter wereld deze zich ook afspelen. De reorganisatie bracht de volgende wijzigingen teweeg. De bestaande structuur van twee divisies, Nederland en Internationaal, werd formeel opgeheven. Daarvoor in de plaats kwamen de volgende groeperingen, te weten een aantal werkmaatschappijen, de groep Export en de groep Licenties. W De ^Mtdren^rNedei^fl, omvattend^ de produktie, f dislAuweiwerkoopj^n bj^BBWsdralken alsmede ^a^^oisL^erd en wijn.^Krclergebilicht in de Necrfrlanase werknMatsffl^ij. Dez^/ormteen operationele eenh^fcn^sdftrot^nate van zelfstandigheid. Aan nMBPa va//óe Nederlandse organisatie staat eln collegev^fzeven directeuren. Dit directoraat geefK^idirj^ian Produktie Bier, Marketing/Verkoop Bier, de Groep Frisdranken, de Groep Gedistilleerd en Wijn, EFI-Nederland (EconomischeZaken, Financiën, Informatieverwerking), Personeelszaken en Algemene Zaken. Hoewel voor onze onderneming de Nederlandse markt als de belangrijkste geldt, wordt het beeld van ons concern in belangrijke mate mede bepaald door de activiteiten die in vele landen over de hele wereld ontwikkeld worden. I n de nieuwe concernstructuur werkt onze onderneming als internationaal drankenconcern op drie manieren in de markt. Een belangrijk deel van de activiteiten wordt uitgevoerd door de Werkmaatschappijen, door middel waarvan het concern via deelnemingen -meerderheids- zowel als minderheidsbelangen- in andere brouwerijen in en buiten Europa werkzaam is. In Europa bevinden zich werkmaatschappijen in Frankrijk, Italië en Griekenland. Daarbuiten kunnen worden genoemd de werkmaatschappijen in het Caribisch Gebied, Centraal-Afrika, West-Afrika, Singapore en Indonesië. Vervolgens zijn er de exportactiviteiten, die alle gebundeld zijn in de groep Export. Deze vinden niet alleen vanuit Nederland plaats, maar ook vanuit andere landen waar produktie-eenheden gevestigd zijn. De groep Export kan worden gezien als het internationale handelshuis van het concern. In januari 1979 kwam een wijziging van de statuten van de onderneming tot stand, waarbij werd vastgesteld het boekjaar in het vervolg parallel te laten lopen met het kalenderjaar. Om de lopende verslagperiode op de nieuwe te laten aansluiten werd tevens besloten het boekjaar 1978/1979 over een periode van vijftien maanden uit te strekken, te weten van 1 oktober 1978 tot en met 31 december 1979. Hiermede behoorde het vertrouwde, gedurende vele jaren gehanteerde Heineken boekjaar tot het verleden. Destijds was het in de brouwerijwereld een goed gebruik na het verkoopseizoen en vóór de nieuwe gerstoogst de balans op te maken. De toen geldende periode werd ook wel het brouwers(boek)jaar genoemd. Commerciële, technische en administratieve ontwikkelingen maakten het echter wenselijk op het kalenderjaar als verslagperiode over te gaan. Door voortaan het boekjaar met het kalenderjaarte laten samenvallen, volgen wij het in de meeste andere ondernemingen gangbare systeem. Een belangrijk gegeven bij het invoeren van het voor onze onderneming nieuwe boekjaar was dat de wijziging geen financieel nadeel voor het personeel tot gevolg mocht hebben. Het besluit om de lopende verslagperiode, het 'oude' boekjaar 1978/1979, met drie maanden te verlengen had onder meer tot gevolg dat afspraken gemaakt dienden te worden over het tijdstip van uitkering van het tantième. Hierover is op 4 december 1979 afrondend overleg gepleegd met de Centrale Ondernemingsraad. Besloten werd het tijdstip van uitkering van het tantième voorshands ongewijzigd te laten. De periode, waarop het in januari 1980 uit te keren tantième betrekking had, werd vastgesteld op 12 maanden, te weten van 1 oktober 1978 tot 1 oktober 1979. 4

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Sociaal Jaarverslag | 1978 | | pagina 6