17 MILIEU JAARVERSLAG 1 9 9 4 De open (aërobe) afvalwaterzuiveringsinstallatie van onze brouwerij in Zoeterwoude, verspreidt onvermijdelijk een zwavelgeur (H2S). Door (gedeeltelijk) over te gaan op anaërobe zuivering kan de uitstoot van deze geur worden beperkt. Wortgeur Brouwerijen verspreiden een wortgeur. Deze komt voort uit het zogenoemde wortkoken, het moment tijdens het brouwproces, waarbij het bier in wording gekookt wordt. Het is de daarbij vrijkomende damp die de geur veroorzaakt. In feite is het niets anders dan de damp die bij iedereen thuis vrijkomt bij bijvoorbeeld het koken. Alleen gebeurt het bij Heineken op grotere schaal. In december 1993 heeft het CBK een tussenrapport uitge bracht, waarin een nader onderzoek wordt voorgesteld naar het geurreductie-effect van wortdamp-condensors en dampcompres- sie. In 1994 heeft het CBK hierover een eindrapport gepresen teerd. Daarin staan voorstellen voor maatregelen ter reductie van geuremissies bij brouwerijen. Dit eindrapport is besproken met het ministerie van Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM). VROM wil nu weten of het mogelijk is om per brouwerij in Nederland geurreductie-maatregelen te nemen. Het CBK zal dit in 1995 onderzoeken. C02 Ten aanzien van het verbruik van fossiele brandstoffen kan wor den gemeld dat in het verslagjaar aanmerkelijke reducties zijn bereikt. Als gevolg hiervan is de uitstoot van langcyclische C02 (voortkomend uit fossiele brandstoffen en een extra bijdrage leverend aan de hoeveelheid C02 in de atmosfeer) verminderd. Ook komt C02 voort uit het brouwproces. Deze is afkomstig uit de gerstemout en de hop, twee onmisbare ingrediënten voor het brouwen van bier. De gerstplant en de hopplant nemen op de akker C02 uit de lucht op om te kunnen groeien. Gemiddeld een jaar later, na de oogst en het vermouten van de gerstekorrels, komt die C02 uit het plantmateriaal vrij bij de vergisting van het bier. We heb ben het hier over de natuurlijke cyclus die C02 doormaakt. Deze cyclus is kort, vandaar dat het 'kortcyclische C02' wordt genoemd. Dit in tegenstelling tot de langcyclische C02. Die komt vrij bij de verbranding van fossiele brandstoffen en heeft lang. namelijk honderden miljoenen jaren, in de fossiele brandstoffen gevangen gezeten. Onze brouwerijen werken met gesloten C02-systemen, waardoor C02 die bij de biervergisting ontstaat kan worden her gebruikt. In Den Bosch is in het najaar van 1994 een zogenoem de 'vreemdgas C02-stripper' in gebruik genomen. Met deze installatie kan nu zo'n 20% meer C02 worden teruggewonnen. Het opgevangen C02 wordt gezuiverd en vloeibaar gemaakt, waarna het wordt gebruikt in diverse brouwerij-afdelingen. De Bossche brouwerij kan nu bijna geheel aan haar eigen behoefte aan C02 voldoen. In Zoeterwoude is in 1994 een nieuwe C02- installatie in gebruik genomen. Deze wint eveneens veel effectie ver C02 terug. Moutstof Bij de opslag van gerstemout hebben de brouwerijen te maken met stofvorming. Alle mogelijke maatregelen worden genomen om de emissie van moutstof naar de buitenlucht zoveel mogelijk te beperken. Zo heeft onze brouwerij in Zoeterwoude in 1994 opnieuw minder moutstof uitgestoten dan het jaar daarvoor. In Den Bosch is in het verslagjaar het plan ontwikkeld om in 1995 de stofafzuiging in het moutsilogebouw te centraliseren. Hiertoe wordt de huidige interne stofverzamelbunker vervangen door een externe verzamelbunker.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Milieuverslag | 1994 | | pagina 19