15 milieu J E R S L A G 19 9 4 met name voor de plaatsen waar met auto's wordt gewerkt en bij de opslag van deze middelen. Het geldt ook voor de zoge noemde 'oliebollen' in Den Bosch, waarin olieresten worden verzameld. Er is een meerjarenonderhoudsprogramma van kracht voor de inspectie en het onderhoud van rioleringen, kol ken en olie-/vetafscheiders. Van onze bedrijfsterreinen is door onderzoek bekend, dat er geen vervuilingsproblemen bestaan. De vestiging Zoeter- woude is gebouwd op een terrein dat altijd als weidegrond is gebruikt. Derhalve is daar geen sprake van industriële vervui- ling. Heineken Den Bosch heeft in de loop van de jaren aanpa lende gronden gekocht die waar nodig zijn gesaneerd. Voor bescherming van industriële grondwaterwinning is in 1989 met ondermeer de gemeente 's-Hertogenbosch een convenant geslo ten. In dit kader wordt in 1995 het bestemmingsplan gewijzigd. Vrumona beschikt over een zogenoemde 'schoon grond'- verklaring. Deze is benodigd voor de officiële erkenning van de bron waaruit het natuurzuivere Sourcy mineraalwater afkomstig is. IUCHTEMISSIES Door onze brouwerijen worden stoffen uitgestoten naar de lucht. Deze luchtemissies zijn voornamelijk C02, moutstof, wort- damp en H,S. De laatste twee verspreiden een reuk, die hinder lijk kan zijn voor omwonenden van onze brouwerijen. Zich con formerend aan het overheidsbeleid, streeft Heineken naar minimalisering van hinderlijke geuremissies. In de praktijk gebeurt dat in samenwerking met de andere Nederlandse brouwers, verenigd in het Centraal Brouwerij Kantoor (CBK).

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Milieuverslag | 1994 | | pagina 17