Er kunnen nog heel wat bierverkooppunten bijkomen! Het laatste grote onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek naar de kampeeraccommodatie in Nederland dateert van eind 1963. Er zijn dus alweer drie seizoenen overheen gegaan. Gezien de ontwikkeling in deze drie seizoenen kan worden aangenomen, dat in de geregistreerde toestanden in middels het nodige gewijzigd, verbeterd zal zijn. Waar echter ook het aantal terreinexploitaties weer aanzienlijk is uitge breid, zullen de uit dit onderzoek naar voren gekomen per centages wel niet zo heel veel wijzigingen hebben ondergaan. Deze cijfers wijzen uit, dat ongeveer 23 van de kampeerterreinen, bungalowparken en complexen van zomerhuisjes een kampwinkel heeft; dat zich op 8 van deze inrichtingen een kantine bevindt met maaltijdverstrekking; dat op 15 van de inrichtingen een kantine aanwezig is zon der maaltijdverstrekking. Hieruit blijkt dus, dat aan de consumptieve verzorging van de kampeergasten nog veel gedaan kan worden. Natuurlijk komt niet elk miniatuur-campinkje in aanmerking voor de vestiging van een horeca- en/of winkelbedrijf. Maar ongetwijfeld zullen er bij de 77 die het nu nog zonder kampwinkel of kantine stellen, ook complexen zijn, die, naar de bezetting gerekend, voor een dergelijke exploitatie wel degelijk mogelijkheden zouden bieden. Het loont de moeite, de campings in uw rayon eens na te gaan. Elke kampwinkel, elke kantine vormt tenslotte een verkoop punt, dat niet alleen uw brutowinst, maar ook uw route-econo mie gunstig kan beïnvloeden. Praat er eens over. Toon de winstmogelijkheden aan. Ga de problemen niet uit de weg. De drankwet vormt zo'n probleem. En de vestigingswet, die straks samen met de drankwet één nieuwe wet gaat vormen, de „Drank- en Horecawet". Onze vertegenwoordiger weet daar veel van en als het heel erg in gewikkeld wordt, hebben wij ook nog onze juridische dienst bij de hand. U mag er gerust een beroep op doen.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Het meest getapt | 1968 | | pagina 25