'Succes is altijd het werk van meerdere mensen' Thony Ruys werd geboren op 20 juli 1947 in Antwerpen. Hij is getrouwd en heeft twee zonen. Voor hij in 1993 in dienst kwam bij Heineken, werkte hij 19 jaar bij Unilever, waar hij o.a. voorzitter was van de Nederlandse Unilever-bedrijven en van Unilever in Italië en directeur Marketing in Colombia. Hij wordt als bestuursvoorzitter van Heineken opgevolgd door Jean-Franpois van Boxmeer. :en nl mag; ER WAS OOK PERSOONLIJKE KRITIEK. ZO BENT U ER IN DE PERS VAN 'BESCHULDIGD' DAT U MEER EEN WIJN DRINKER BENT DAN EEN BIERDRINKER. BENT U BLIJ DAT U STRAKS MINDER IN DE SPOTLIGHTS STAAT? "Ik heb nooit vreselijk veel last gehad van die spotlights, maar ik heb het ook nooit opgezocht. Het is een aspect waaraan je gewend raakt, maar wat ik niet als een voorrecht heb erva ren. Ik laat het een beetje langs m'n schouders afglijden. En wat mijn bierconsumptie betreft: ik ben inderdaad geen grootverbruiker, maar dat hoeft ook niet. Bierverbruik lijkt me nou niet het belangrijkste criterium voor de functie van bestuursvoorzitter van Heineken. Ach, bij mijn vak hoort ook de kunst van het relativeren." U HEEFT TWAALF JAAR BIJ HEINEKEN GEWERKT. WAT WAS DE MEEST BIJZONDERE DAG? "Dat zijn er twee. De eerste is de dag waarop ik hoorde dat ik de opvolger van Karei Vuursteen zou worden. Rob Hazelhoff, de voorzitter van de Raad van Commissarissen, drukte me nog op het hart om niet te veel te veranderen. Nog geen minuut later liep Ans, mijn secretaresse, de kamer binnen om te vertellen over de aanslag op de Twin Towers - toen realiseerden we ons dat de hele wereld was veranderd. Dat was een belangrijke dag in mijn leven. U HEEFT HET OVER GROEI. SOMS IS DE KRITIEK TE HOREN DAT HEINEKEN WEL GROEIT, MAAR NIET HARD GENOEG. TREKT U ZICH DAT AAN? "Kritiek hoort nu eenmaal bij deze baan. Heineken heeft de afgelopen tweeënhalf jaar 26 acquisities gedaan en we hebben ons versterkt in het Midden-Oosten, Oost-Europa en Rusland. Feit is echter dat we van een tweede naar een vierde plaats op de wereldranglijst zijn gezakt. Daar moeten we natuurlijk mee oppassen. Concurrenten mogen niet te groot worden, want dan kunnen ze de distributie verstoren. Je kunt nog zo'n mooi merk hebben, maar je product moet natuurlijk wel bij de consumenten kunnen komen. In Europa hoeven we ons geen zorgen te maken over de distributie, maar wel over de groei. In ontwikkelingslanden is het precies andersom: groei genoeg, maar we zullen hard moeten werken om onze distributie op peil te houden. Iedere regio heeft z'n eigen aanpak nodig en dat is ook het goede aan de nieuwe organi satiestructuur." grootste en meest toonaangevende producenten. Dat is ten dele wel mijn verdienste, ja. Ik heb jarenlange Latijnse ervaring: ik heb zeven jaar in Colombia gewoond en driejaar in Italië. Ik begrijp de manier waarop mensen in die landen met elkaar omgaan inmiddels zo goed dat ik mezelf erop betrap ook al met m'n handen te praten. Ik ben er trots op dat ik de medewerkers daar mee heb kunnen krijgen in de Heineken-cultuur. Dat is eigenlijk het begin van het groeien geweest." toekomst. Ik ben ervan overtuigd dat we het einde van de alcoholindustrie zouden inluiden als we die maatschappelijke verantwoordelijkheid niet in de praktijk zouden brengen. Ik had het leuk gevonden om daarnaast iets meer in het Verre Oosten te bereiken, maar dat komt onder de nieuwe leiding wel goed. Dus nee, ik heb niet het gevoel dat ik nog iets moet 'afmaken'." IS ER IETS WAAROP U EXTRA TROTS BENT, IETS WAAR MEE U EXTRA BLIJ BENT DAT DAT GELUKT IS? "Er is weinig waarvoor ik in m'n eentje de eer kan en wil opstrijken: succes is altijd het werk van meerdere mensen. Maar als ik echt iets moet noemen, dan is het de ontwikkeling in Zuid-Europa. Toen ik aantrad waren er allemaal witte plekken in Spanje en Italië, nu is Heineken er een van de

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken NL Magazine | 2005 | | pagina 6