HST DWAALLICHT
CLUBI.1IDDAG- 5 YMPHONIG
De club, waar sport en levenslust
In hoogste aanzien staan;
Waar ieder lid als vriend zich
schaart
Qa de rood-blauwe \0an;
Waar men de sport nog om de sport
Beoefent en geniet,
Die club is onze H.B.M.
Zoo'n tweede vind j'er nietl
Als een opgewekte symphonie
is deze middag aan ons voorbijge
gaan. Ik wil mij technisch niet
uiten in het betitelen der deelen
ervan. B.v. wanneer er sprake zou
moeten geweest zijn van een adagic;
een andante cantabile of een me-
nuetto, neen, daar waag ik mij
niet aan, daarvoor was het te on
bestemd in tempo en in maat. 3én
ding staat echter vasts het leid
motief was het Clublied, waarvan
ik het eerste couplet hierboven
aanhaalde. De componist, genaamd
Jansen, was aanwezig en werd,
toen hij achter de piano plaats
nan, daverend begroet. Om hem heen
schaarden zich de "Pi lsknapen1'
die de Gemeente het schoone lied
zouden voorzingen. De korte repe-
titietijd in aanmerking genomen,
lukte dat uitstekend, zij het on
der de noodige hilariteit. Onder
directie van Uw bekende en zeer
"bekwame" dirigent deed ook de zaal
mee. Lied en compositie kwamen
buitengewoon tot hun recht en er
kwam geen einde aan het applaus
voor onszelf. Dichter, componist
en dirigent kregen geen bloemen,
doch indachtig aan de regels van
het tweede couplet:
"Komt, heffen wij een heerlijk glas
Vol schuimend gerstenat.." Zooals U ziet levert het
lieten zij Nelis aanrukken, wetend, "Dwaallicht" veel meer mogelijkheden
dat in dat schuimend nat toch ook dan het gestencilde clubblad, vooral
bloemetjes verwerkt zitten. ook op illustratiei gebied, ichrij-
Ondertusschen deed de me- vers, dichters en teekenaars zijn
chanische "band" de jeugd de noo- dan ook van harte welkom als mede-
dige moderne bokkesprongen maken werker aan deze nood-uitgave.
en zal het oude gedoe al spoedig Houdt de kaars brandende en stelt
om de kaarttafel" geschaard. Ie- U in verbinding met
mand droeg daarna eigenwijze lied
jes voor van Brammetje, waarvan een J.v.d.Zwaai,
refrein, door P.v.d.Velde levens- Zocherstraat 5,
groot op de muur aangebracht, en- Amsterdam-
thousiast werd meegezongen. De
dans werd afgewisseld door Liej.Los
en den heer Lakeman, die, knusjes
met z'n twodën aan éan piano, de
ouverture "Zampa" ten beste gaven.
Dat hun spel werd gewaardeerd,
bleek uit daegrooten bijval en de
ademlooze stilte, waaronder werd
geluisterd.
Het etensuur naderde alweer,
toen v/ij ons nogeens gezamenlijk te
buiten gingen aan het lied van de
oude piano, benevens zoo'n liedje,
dat wij vroeger zongen omdat het
nu eenmaal in vroolijke stemming
de gewoonte was, of bij gebrek aan
iets anders. Thans echter legde
ieder zijn ziel in de woorden en
bracht de waarachtige hoop en ver
wachting daarmede tot uitingl
Als intermezzo zongen de
"Pilsknapen" het clublied op zeer
bekende wijsjes, o.a. Oh, Suzannal
De componist is hierop gevlucht.
Summa summarum was het een
clubmiddag, die er zijn mocht en
een prachtig resultaat voor de
jonge feestcommissie, die hiermede
op den goeden weg is. Die weg is:
de clubmiddagen vóór en dóór de
H.B.M.'ers. Zélf zorgen voor de
attracties, zélf iets doenl Vooral
voor de muzikale en humoristische
jeugd ligt hier nog een groot ter
rein braak 1
P.R.
Liedewerkers
MBLDT U BIJ DS R2DACTI2!