m
Zesde Serie, No10
H BM-CLUBNIEUWS
Juli/Aug.1941
Het lied van de maand
HITTEGOLF
Nog nooit was de zomer zoo hopeloos heet;
Nog nooit had de zon zóó gebrand!
Ik plengde bij liters mijn kostbare zweet
Op mijn vierkante meter van 't strand;
De zee was zeer kunstig gecamoufleerd
Met duizenden menschen in 't bloot,
Zoodat voor mijn corpus in 't ziltige nat
Geen plaatsje meer overschoot.
Toen wenkte een bord op de boulevard-
"0, dorstige badgast, kom hier!"
Ik sleepte er puffend en hijgend op af.
En toen had ie geen druppeltje bier!!
De hei was zoo mooi, zoo eindeloos mooi!
Maar jasses, wat was dat een hitte!
Aan den hemel daar lachte de koperen ploert
En een fiets is zoo hard om te zitten!
Toch maalden mijn beenen gestadiglijk voort;
Het grint knerste onder mijn banden;
Mijn tong sleepte halverwege het stuur;
En mijn hoofd als een vuurtoren brandde!
Toen lokte van verre het koele café;
"Armzalige fietser, kom hier!"
Ik trapte erheen met mijn laatste restjelkracht
Maar de vent had geen druppeltje bier!!
W13
Van het gloeiende strand naar de gloeiende hei;
Van de gloeiende hei naar de stad.
Een zeeleeuw in Artis heeft 't beter dan
Die ligt heel den dag in het nat.
Maar 'k ben maar een mensch, die stupide zich wringt
In een jas en een knellende boord
En die om der wille van 't goede fatsoen
Zichzelve al zwetend vermoordt!
Maar nog is er redding voor 'n dorstige ziel"
Een naam op een ruit lokt; "Kom hier!"
Maar als ik amechtig de deurknop aanvat,
Dan lees ik; "Gesloten; geen bier?!"
Waar is de tijd, dat nooit genoeg wij klonken
Op jou, Cambrinus; wat ben je diep gezonken!
Voetbal
vdz
IN HST VOLGEND SEIZOEN TWEE H.B.M.-ELFTALLEN IN «T VELD
In het jaarverslag 1940/41
hebben wij de verwachting uitgespro
ken, dat H.B.M. het volgende seizoen
voor het eerst in haar geschiedenis
zou kunnen uitkomen met twee elftal
len.
Ofschoon het gelukkig nog v.lop
zomer is en de voetbal ons dus nog
maar matig interesseert, is het toch
zaak, de mogelijkheden voor het vol
gende seizoen tijdig te overwegen.
Indien wij besluiten, met twee elf
tallen aan de competitie deel te
nemen, moeten wij ook de zekerheid
hebben, dat dit werkelijk twee elf
tallen zullen zijn en niet, zooaTs
in het Zaterdagmiddag-voetbal maar
al te gaak voorkomt, een voltallig
eerste elftal en een tweede, dat aan
chronische bloedarmoede lijdt en in
de meeste wedstrijden met acht of
negen man moet uitkomen. Een vertrou
wenwekkend verschijnsel is, dat de
opkomst van de spelers bij H.B.M. in
de laatste jaren nimmer iets te wenschen
heeft overgelaten. Waarschijnlijk zijn
wij in dit opzicht recordhoudster van
de Zaterdagmiddagcompetitie, De voor-
MHIHHa
maimsiss&Bs*