I
I
IVijfde Serie
H .33 M ♦-CLUBNIEUWS
No. 2
November 1939
Be richt
De steeds toenemende concurrentie van de andere groote
bladen heeft ons genoopt de bakens te verzetten en evenals zij in de
toekomst meer aandacht te besteden aan de "opmaak" van onze krant. Wij
hebben te dien einde een specialen "headliner" in dienst genomen, vdens
taak het is, de verschillende lezenswaardige artikelen van passende op
schriften te voorzien, terwijl ook de indeeling der kolommen minder con
servatief zal zijn dan tot dusverre. Wij houden nu zocJn beetje het mid
den tusschen de N.R.C. en De Telegraaf, met dien verstande, dat wij veel
goedkoeper zijn en U ock lang zoo vaak niet laten schrikken. Het aantal
medewerkers is uitgebreid volgens het bekende systeem der bacteriensplit-
sing, waarbij b.v. de bacterie Gijs zich zorgvuldig doormidden breekt,
met het gevolg, dat er twee gelijk en gelijkvormige (congruente) Gij zen
ontstaan, die, voortgekomen uit de eene oer-Gijs, tezamen toch belang
rijk meer onheil kunnen stichten. Een en ander zal t.z.t. door één van
onze wetenschappelijke medewerkers nader werden toegelicht, doch nu ligt
er eerst een "tijdsgedicht" te dringen, dat noodzakelijk geplaatst moet
worden. Hier is het en houd U maar haaks!
Uw liefh.
Redaksie (v.s.)
Natuur en Techniek
HERFSTS TEMMING IN EUROPA - ALL ER WE GE OP-GEWEKT» ID
EN -TIMISME - RAADGEVINGEN AAN DE EURGERBEVOLKING
DOE NET OF UW NEUS BLOEDT!
(Vervolg cp de nog niet gepubliceerde "Polonaise in As(sh)M van
onzen specialen powetischen en natuurkundigen medewerker)
Zingt toch niet met sombre blikken
Al die Najaarstreurgezangen;
Ziet, hoe alle, alle boomen,
'Weer met goud zijn volgehangen!
Hoert, hoe zoet het aeroplaantje
Bromt en zoemt op zijne vluchten;
Ziet, hoe d'afweer witte wolkjes
Puft in blauwe najaarsluchten.
Ziet, hoe leuk dat vliegmachientje
Telkens, telkens wat laat vallen
En hoe alleduvels moppig
Dat dan op den grond kan knallen!
O, het Najaar is zoo prachtig
Met die leuke nieuwsberichten
En de zon, die zachtkens koeöhort.
Louter lachende gezichten.
Ja, er zijn natuurlijk dagen,
rn Beetje somber van den regen;
Jan en Jean en John en Johann
Kunnen daar gelukkig tegen.
In hün' loopgraaf staat het water
Nog maar éven tot de knieSen
En ze hebben warme wanten
En een ons vleesch met zTn drieën!
0, c. o, het is zoo heerlijk
Zoc in de natuur te leven
Als de frissche najaarsgeuren
Cm de kazematten zweven!
Ook cp zee is het nu prachtig!
Heel geen last van haringloggers
!n Duikboorfc en een kruiser stoeien
Rond het bankje van^de Doggers.
Somtijds krijgt er één een duwtje,
Laat zich op den bodem zakken
In het zand, waar je de vischjes
Met je handjes haast kan pakken.
0, het najaar is zoo lieflijk
Als de gouden blaren vallen
En de uitgelaten schare
Lustig weer gaat voetjeballen.
Laatste couplet (wegens ongepaste somberheid van reüactiewege bekort):
Zalig zijn de Congonegers,
Die van niets en niemand we teil
Looft de Sport, door wie wij lachend
Spelen kunnen.en vergeten!!
vdz