3
THEORIE.
Op welke wijz© kan men balcontröle verkrijgen?
Balcontréle is één van de belangrijkste onderdeelen van ons
voetbalspel. Spelers, welke alleen rechts kunnen trappen, moeten den
bal steeds voor het linkerbeen laten rollen, en dan dezen aanvankelijk
niet te hard schoppen (en omgekeerd). Indien er op het voetbalveld
een muur of schutting staat, is dit het allerbeste middel om het bo
venstaande te beoefenen.
Het schoppen van den bal moet met de wreef geschieden, en niet
met de punt van den schoen. Zuiver plaatsenis. daarmede vrijwel on
mogelijk, vooral wanneer de bal nat is. Indien men den bal met de
wreef schopt, moet men de teenen goed gestrekt naar beneden richten,
en de voet eenigszins naar achteren houden. De punt van den schoen mag
de onderhelft van den bal haast niet raken» Doet men dit getrouw, dan
zal de bal steeds laag blijven, zoo niet, dan trapt men dezen steeds de
lucht in. Spelers, die eenige vermaardheid bezitten in het trappen
met de punt van den schoen, mogen dit slechts doen, bij het nemen van
een hoek- doel- of vrije schop. De bal moet dan echter droog zijn
(evenals het veld) en stil liggen. Wil men den bal echter bij een
corner met een boog voor het doel plaatsen, dan moet men met de punt
de onderste helft van den bal raken. Wil men den bal lager houden, dan
moet dit in het midden of daarboven geschieden. Echter zij nogmaals
gezegd, in het algemeen is het z.g,punten niet aan te bevelen, zeker
niet bij een stevigaiwind of regenachtig weder.
Het plaatsen van den bal:
Bij voorkeur moet dit geschieden met de binnenzijde of ook wel
met de buitenzijde van den voet, waardoor men als het ware den bal naar
den medespeler toeschuift, en deze langs den grond zal blijven rollen.
Trapt men echter met de wreef, dan geschiedt dit passeeren veel te
hard, en heeft zulk een center geen nut. Indien de spelers goed willen
leeren plaatsen, moeten zij zich in een kring opstellen met één van
hen in het midden. Men plaatst den bal met den rechtervoet naar den^
speler die in het midden staat. Men zorgt er voor, dat de speler, die
in het midden staat den bal voor zijn rechter voet toegespeeld krijgt.
De middenspeler zorgt er voor, dat de bal den geheelen kring doorgaat
zonder te stoppen. Vervolgens doet men deze oefening met het linker-
been. Later kan men deze oefening ook met de wreef beoefenen, doch niet
te hard. Men probeere den bal steeds direct door te geven en niet eerst
<-^e stoppen. Heeft men hierin zekere vaardigheid verkregen, dan ver-
groote men den cirteel en krijgt de bal meer vaart. Men moet bij het
trappen met de wreef den hiel een weinig omhoog trekken, waardoor de
center langer wordt.
Het stoppen van den bal op den grond.
Een niet minder hoogst belangrijke factor in de baltechniek is
het onmiddellijk stoppen van den bal op den grond. Speciaal voorhoede-
en middenspelers moeten de kunst verstaan, een bal die uit de lucht
komt, direct te kunnen stoppen. Dit leere men zoowel rechts als links.
Het is beslist verkeerd, den bal tegen het been te laten komen, deze
springt dan onmiddellijk terug. De toeloopende half-back ziet den bal
als het ware naar zich toe rollen en profiteerdtdus van de onmacht van
zijn tegenstander. Voetballers besteed Uw volle aandacht aan dit
onderdeel van het spel.
Een bal,die uit de lucht op den grond komt, stopt men door als
het ware den bal in een schaar op te vangen, n.l. gevormd door de zool
van den schoen op den grond. Dus op hetzelfde moment, dat de bal den
grond raakt, plaatst men de zool van den schoen boven op den bal, en
v/el zoo, dat de punt van den schoen een weinig naar boven v/ordt gericht,
en de bal dus feitelijk in de holte van den voet wordt vastgeklemd.
Den volgenden keer wat meer hierover.
Wordt vervolgd.
Suniram