1984
Mejj. M. A. «J. Weiss
Conservenblik
inspireert mode
Bijzonder speels was de bijdrage van
mejuffrouw M. A. J. Weiss (laboratorium
Poviet), die haar visie waarschijnlijk in
de sinterklaastijd heeft geschreven. Het
hele verhaaltje was in dichtvorm, maar
voor de leesbaarheid heben we er maar
weer lopende zinnen van gemaakt, wat
ons - hopen wij - vergeven zal worden.
Mej. Weiss verwacht dat het aantal
vacantiedagen belangrijk zal worden uit
gebreid, maar noemt geen exact aantal.
Wel vindt ze dat de brouwerij voor elk
personeelslid een fantastische vacantie-
tocht in het vooruitzicht zou moeten
stellen, waarvoor de brouwerij vanzelf
sprekend de duiten in het zakje zou
moeten doen.
Met het controlesysteem met de naam-
kaarten heeft mejuffrouw Weiss niet zo
veel op. We citeren uit haar gedicht:
Zo rechtvaardig als de Amstel is,
bij het kaartendraaien is er toch iets mis.
's Morgens staat men steeds paraat,
als het om één minuutje gaat.
Maar als men eens na vijven
zijn kaart keert,
wordt dit echter niet genoteerd.
Ook aan het vervoer moet iets gedaan.
Kunnen we niet allen per taxi gaan?
En mej. Weiss besluit:
Zoals ik de mode zie,
wordt die geïnspireerd
door de conservenindustrie.
Blikverpakking is dé methode,
dit wordt in 1984 de grote mode.
Portier G. Langejan
Controle via
televisiescherm
De heer G. Langejan, fabrieksportier in
Amsterdam, ziet het voor 1984 aldus:
In dat jaar werken bij de Amstel Brou
werij nog maar zo'n 300 werknemers.
Iedereen is specialist, alles is gemecha
niseerd. De sterkte van de groep fa-
brieksportiers is aanmerkelijk terugge
lopen, omdat per keer nog maar één
man het werk hoeft te doen. Brand-
rondes door het bedrijf worden niet meer
gelopen. Op een televisiescherm kan de
dienstdoende portier alle bedrijfsafdelin
gen controleren.
Doordat elk personeelslid een aandeel in
het bedrijf heeft, en er dus een hechte
Amstelfamilie is, wordt de fluit en de
controle op het binnenkomen en weg
gaan overbodig. Iedereen komt 's mor
gens vér voor zijn tijd met een lachend
gezicht binnen. Na werktijd moet de
portier met zijn televisie alle afdelingen
controleren of er nog gewerkt wordt; er
zijn er bij die van geen ophouden weten.
De portier roept dan: 'Heren, het is de
hoogste tijd! Heerlijk is het om in 1984
portier bij de Amstel Brouwerij te zijn.
De heer Langejan oefent zich in het
gebouw van de Poviet alvast in de con
trole via het televisiescherm.
Het bierverbruik zal toenemen tot zo'n
96 liter per hoofd. In verband met een
andere eetgewoonte zal het pils extra
bitter en pittiger zijn. Pils zal de natio
nale drank zijn: in flessen, in tabletten
en in poedervorm.
P. Boetzkes
140 liter
per hoofd
per jaar
Begeleiding
brouw proces
nog intenser
De heer P. Boetzkes, hoofd van het be-
drijfslaboratorium in Helmond, ziet het
weer anders. Hij schrijft:
Er van uitgaande dat het bierverbruik
hoofdelijk per jaar met 7% toeneemt,
zal dit in 1984 ongeveer 140 liter be
dragen.
Wanneer deze prognose juist is, dan zal
bij een gelijkblijvend marktaandeel (af
gezien van de bevolkingsgroei en export)
iedere brouwerij minstens drie maal zo
veel bier moeten produceren.
Dit betekent ook, dat men nog effektie-
ver zal moeten gaan werken, moet auto
matiseren, moet rationaliseren enz. om
aan concurrentie-eisen (ook de kwaliteit)
zodanig te voldoen, dat ons marktaan
deel gelijk blijft, doch liefst vergroot
wordt.
Laatst genoemde punten zijn vanzelf
sprekend ook van belang voor het labo
ratorium als bedrijfsonderdeel. Het zal
steeds sneller en nauwkeuriger met de
gevraagde gegevens moeten komen om
de optimale procesbegeleiding en de ver
eiste kwaliteit te verkrijgen.
In 1984 zullen de mensen over meer
vrije tijd en vakantie beschikken. De
meeste mensen zullen dan 3 a 4 weken
aaneengesloten vakantie hebben.
Men zal zich dan in hoofdzaak ver
plaatsen met de auto, behalve in grote
winkelcentra, welke voor dit verkeer ge
blokkeerd zijn.
De heer Langejan ziet het aantal vacan
tiedagen opgevoerd tot 25, die door som
mige mensen worden benut om hun
familieleden in Amerika, Canada of
Australië te bezoeken. De wintersport-
vacantie zal dan helemaal 'in' zijn.
Vervoer naar en van het werk gebeurt
vooral per ondergrondse. De auto's zijn
overdag uit de binnenstad. Iedereen gaat
er met de fiets doorheen.
De mode herhaalt zich. Ook in 1936
liepen de vrouwen met korte rokken,
mantels met militaire sluitingen en kope
ren knopen. De mannen droegen een
colbert met brede revers, een vest en
wijde pantalons. Momenteel zien we dat
ook weer. En hoewel de rokken van
sommige dames wel wat kort zijn, vind
ik het wel mooi. In 1984 zal de mode
van de voorouders zich weer herhalen.
De oudjes deden het toch maar goed.
Chauffeur J. Schmidt:
Containervervoer
neemt sterk toe
De heer J. Schmidt, heftruckchauffeur
op de expeditie in Amsterdam, heeft
ook al een rooskleurige kijk op de din
gen. Hij gelooft niet dat het bierassor
timent tegen 1984 is uitgebreid. Nee,
hij ziet zelfs nog maar één soort pils op
de markt. Maar dat dan met een hoger
alcoholgehalte.
De heer Schmidt prefereert een vacan-
tie van vier weken in het buitenland ge
durende de zomermaanden en nog eens
twee weken wintersportvacantie. Het be
langrijkste vervoer in de stad zal ge
schieden door de metro. Dat de auto uit
5