De N.V. Preservenbedrijf
denkt aan de toekomst
PERSONEELSORGAAN VAN DE AMSTEL BROUWERIJ N.V.
In het Kurhaus
HET SPONGAT
NUMMER 74-7 DECEMBER 1967
Onze dochtermaatschappij, de N.V. Pre
servenbedrijf in Breda, heeft vrijdag 1
december de eerste fase van een inves
teringsprogramma afgesloten met de
feestelijke opening van een nieuwe be
drijfshal en de officiële in gebruik
neming van een aantal nieuwe produk-
tielijnen. Dat geschiedde door de burge
meester van Breda, ir. W. J. L. J.
Merkx, die met een druk op de knop
een bedrijfssirene aan het loeien zette.
De gasten konden daarna via een vijftal
televisiemonitors de rondgang volgen,
welke de heer D. R. d'Arnaud Gerkens,
directeur van het Preservenbedrijf,
maakte door de juist geopende nieuwe
hal en tal van andere interessante afde
lingen. De heer d'Arnaud Gerkens gaf
daarbij een uiteenzetting over hetgeen
de gasten later met eigen ogen konden
aanschouwen. Aan het eind van zijn
rondgang kwam de heer d'Arnaud Ger
kens terug in de kantine, waar hij aan
Tijdens de rondgang door het bedrijf
bezochten de gasten de produktielijnen
in de nieuwe hal.
burgemeester Merkx een cheque over
handigde.
Tevoren had onze directeur mr. E. J.
Egberts in zijn kwaliteit van President
commissaris van de N.V. Preservenbe
drijf de gasten welkom geheten en de
directie van het bedrijf gecomplimen
teerd met de niet geringe uitbreiding.
Hij toonde zich verheugd over de gang
van zaken en wenste deze dochter van
de Amstel Brouwerij een bijzonder -suc
cesvolle toekomst toe.
Drs. A. van den Bergh, één der direc
teuren van het Preservenbedrijf, haalde
in zijn toespraak enkele actuele zaken
met betrekking tot het waterverbruik
aan. Het Preservenbedrijf blijkt name
lijk een enorme hoeveelheid water te
verbruiken, hetgeen geschat wordt op
zo'n 190 kubieke meter per uur. In de
fabriek wordt dit gebruikt als waswater
voor onder meer aardappelen, groenten
en fruit, terwijl in de vriesdrogerij veel
koelwater wordt verwerkt. Vergelijken
derwijs merkte hij op dat, gelet op de
waterlozing, het Preservenbedrijf wel
eens gelijk gesteld zou kunnen worden
(zie verder pagina 3)
te Scheveningen vonden vorige week
de jaarlijkse najaars-efficiency dagen
plaats. Thema van deze vergadering
was: Het ondernemingsklimaat in Ne
derland. Dat dit onderwerp werd be
sproken in een omgeving waar het kli
maat zo'n grote economische rol speelt,
zal wel toeval zijn geweest.
De leiding van deze dagen is van de
gedachte uitgegaan, dat - in tegenstel
ling tot het klimaat in letterlijke zin -
het ondernemingsklimaat door factoren
zowel binnen als buiten het bedrijf wél
beïnvloed kan worden.
Gezien de veelheid van interessante ge
dachten en opmerkingen moeten wij ons
beperken tot het signaleren van enkele
denkbeelden, die ons de moeite waard
leken om hier te vermelden.
Bij het onderwerp ondernemingsklimaat
en personeelbeleid kwam de betrokken
heid van de werknemers bij de organi
satie van de arbeid ter sprake. Hoe komt
het, dat in eenzelfde bedrijf de ene
groep zich voor 100% inzet voor het
ondernemingsdoel, terwijl een andere
groep vaak vervalt in lijntrekkerij en
ongeïnteresseerd werken. Een dergelijk
verschillend gedrag komt blijkbaar niet
voort uit de beloning of uit de mate
van dwang. Eén en ander is wel te ver
klaren uit de wijze, waarop de organisa
tie van de arbeid is ingericht. Wanneer
door de organisatie op de werkafdeling
voorwaarden worden geschapen, waar
bij de mensen verantwoordelijkheid
krijgen voor een eigen taak en door de
leiding ook verantwoording wordt ge
vraagd, dan ontstaat een goede kans op
die gevraagde betrokkenheid.
Volgens de inleider staat bij bovenbe
doelde aanpak onze huidige lijn-staf-
organisatie ons hierbij in de weg. De
juistheid van deze opmerking is nog niet
aangetoond, doch zij dient zeker onder
zocht te worden.
Een andere inleider zei behartenswaar-
dige dingen over het maken van winst.
Veel mensen vergeten vandaag nog al
eens, dat de gehele welvaart in ons land
tot stand is gekomen dankzij het bestaan
van winstgevende ondernemingen. Na
tuurlijk is het maken van winst niet het
enige doel van de onderneming, onidat
deze tevens het middel en de voorwaarde
is om het bedrijf in stand te houden.
Door het maken van winst worden dus
niet uitsluitend de kapitaalverschaffers
gediend, doch evenzeer allen, die belang
hebben bij de welvaartsontwikkeling van
ons land. En wie is dat niet?
Attendens
1