Ideeën
beloond
77TTYv>
WTT777
AMSTEL
De heer Obbes (machine werkplaats,
bottelarij) stuurde een idee (nr. 318) in,
dat weer een verbetering inhoud van een
vorig idee (nr. 127, zie Spongat nr. 32).
Het betreft de verbetering aan de „vin
gers", die de flessen in de korven van
de spoelmachine drukken.
De eerste inzender zag het probleem,
waarvoor de technische dienst zich
steeds gesteld zag. Iedere keer wanneer
er een vinger afbrak, konden de resten
van deze vinger slechts met veel moeite
en ten koste van veel produktietijd, ver
wijderd worden.
Hij vond een oplossing om het verwijde
ren van deze resten snel te doen plaats
vinden. Hiervoor werd de vinger aan de
onderzijde voorzien van een vierkant
blokje A (zie fig. 1).
De heer Obbes daarentegen vond een
oplossing, waardoor het gehele probleem
practisch voor goed opgelost werd.
Door het aanbrengen van vleugeltips
(zie fig. 2) is er geen kans meer op het
verdraaien van de vingers en is het bijna
geheel uitgesloten, dat de vingers nog
kunnen breken bij de zwakke plak (a.
fig. 1).
Beloning: 75,-.
Aanmoedigingspremies ontvingen:
De heer Walburg (expeditie): 25,- voor
idee nr. 104.
De heer Van Nunen (interne dienst):
10,- voor idee nr. 329.
Afgewezen werden de ideeën:
Nr. 25 en nr. 335.
IDEEEN
figuur 1
figuur 2
De manner
(slot van pag. 2)
iet grijs
Verder verwerkten zij in dat kwartaal
2.500 telefonische bestellingen, zodanig
dat het ('s avonds laat) bestelde bier de
volgende morgen op de gewenste tijd
door de stadschauffeurs bij de klanten
kon worden bezorgd.
De Amsterdammers hebben het dus wel
wat moeilijker dan hun Helmondse col
lega's, die bovendien maar één ingang
in de gaten moeten houden tegen Am
sterdam acht!
De Amsterdamse bewakingsdienst is
daarom ook groter en bestaat uit twaalf
man, van wie er negen in vol-continu-
dienst werkzaam zijn in het bedrijf en
drie op het hoofdkantoor.
De leiding berust bij de heer H. A.
Hesse (bij sommigen beter bekend als
Pinto).
De leiding van de Helmondse bewa
kingsdienst, welke bestaat uit vijf man,
die eveneens in vol-continudienst werken
berust bij de heer W. A. F. Simons.
Beide heren zijn oude rotten in het vak:
de heer Hesse werkte voorheen bij de
bewakingsdienst van de mijnen (het was
daar wel even groter!) en de heer
Simons bij de bewakingsdienst van
Philips (ook wel even groter dan de
onze!).
Alhoewel een bewakingsbeambte bij de
uitoefening van zijn beroep vaak een
wat ernstige indruk maakt wil dat niet
zeggen dat hij het leven niet van de
vrolijke kant zou kunnen bekijken. Het
beste bewijs hiervan is wel de heer Van
de Water, werkzaam bij onze Hel
mondse bewakingsdienst, die in zijn
vrije tijd een fervent carnavalsvierder is.
Tijdens de jaarlijkse „Keiekletsavon-
den", waarover wij in dit blad reeds
eerder schreven, ontpopt hij zich als
een groot artiest die de stampvolle zaal
ontelbare keren in daverend gelach kan
doen uitbarsten. Met zijn creatie van
Soldaat Boem, een persiflage op het sol
datenleven, behaalde hij een eerste prijs,
terwijl hij ook andere jaren in andere
rollen, zoals de schooljongen Boemetje,
hoge ogen gooide.
Het Helmonds Dagblad schreef eens
over hem: „Hij speelde twintig minuten
lang met zijn auditorium op een zeld
zaam droge, maar geweldig humoris
tische tnanier; wat hij bracht was werke
lijk het „buutrednen" van de hoogste
klasse".
De heer Langejan in Amsterdam kent
niet alleen alle hoeken en gaten van
onze brouwerij maar is bovendien een
kenner van zijn stad. Van zeer veel ge
bouwen en huizen weet hij wanneer ze
gebouwd werden en wie er in de loop
van de jaren in zo'n huis of gebouw
gewoond en gewerkt hebben. En hij
breidt zijn kennis op dit gebied nog
steeds uit.
Als hij een vrije dag heeft en het is
mooi weer dan staat hij vaak om zes uur
al op om zijn stad verder te gaan ver
kennen. Gewone „menselijke" mensen
dus, onze bewakingsbeambten, die echter
wel eens in minder prettige situaties
moeten optreden, maar dat is de taak
waarvoor zij staan.
K.