Veiligheid Veiligheid I
Gijs de si/s
Met klem vraag ik uw aandacht voor de ongevallenbestrijding.
Dat deze vraag niet ongegrond is, kan ik wellicht met onderstaande cijfers
duidelijk maken.
Op een normale werkdag gebeurt over het gehele Nederlandse bedrijfs
leven genomen, gemiddeld:
iedere 2 seconden een arbeidsongeval met licht letsel,
iedere 33 seconden een arbeidsongeval met een verzuim van 3 dagen of
langer en
iedere 4 uur en 41 minuten een ongeval met dodelijke afloop.
Zeker toch reden genoeg om het belang van veilig werken in te zien?
Hoofdmotief voor de ongevallenbestrijding is het verminderen van mense
lijk leed. Ik hoop, dat een ieder het daarmee eens is.
Eerlijkheidshalve noem ik u ook nog een tweede reden.
Zoals u weet, ontvangt iemand, die tengevolge van een ongeval arbeids
ongeschikt is, een uitkering krachtens de Ongevallenwet.
Vele bedrijven menen nu, dat de kosten tengevolge van produktiederving,
materiële schade enz. het drievoudige van de ongevalsuitkering is.
Conclusie: Ongevallenbestrijding is dus ook nog kostenbeperking.
K. Eikelboom
Op zekere dag was er een huismus in
de Gijsbreghtkelder; een vrij jong
dier, dat waarschijnlijk door de
schoorsteen van de open haard was bin
nengekomen. Het vloog de kelder in zijn
geheel door en was meestal te vinden in
een inspringend gedeelte van de lambri-
zering, vlak onder de zoldering. Maar
ook hipte het vaak over het podium
rond, ijverig pikkend tussen het patroon
van het vaste tapijt. Of het wat te eten
vond Wie zal het zeggen.
Het personeel in de kelder was erg blij
met het vogeltje en al spoedig werd er
een bakje water voor hem klaargezet,
alsmede een boterham met kaas, wat fijn
gemaakte pinda's en Nibb-it. Men was
namelijk zelfs bereid om iedere ochtend
een gang naar de stal te maken teneinde
daar iets te halen wat de paarden had
den achtergelaten.
Het was een vreemde gewaarwording als
men, nergens op verdacht, plotseling de
mus zag voorbijfladderen. Mussen vlie
gen op een zenuwachtige manier, net als
of ze weinig vertrouwen in hun vleugels
hebben en steeds weer blij zijn wanneer
ze veilig op hun doel zijn neergestreken.
Het was soms angstig om te zien hoe
de vogel rakelings langs de lichtkronen
vloog.
Gijs de Sijs heette hij al spoedig men
weet dat Amsterdammers het vogelrijk
verdelen in sijzen en niet-sijzen, waarbij
worde aangetekend dat zij meer sijzen
kennen dan niet-sijzen.
Gijs is maar enkele dagen bij ons ge
weest wij hadden hem best langer
willen houden, maar tenslotte is de Gijs
breghtkelder wel een ruimte waar vogels
van diverse pluimage bijeenkomen, maar
geen volière. Wij hebben daarom de deur
maar opengezet en Gijs de uitgang ge
wezen. Hij heeft geen bier aangeraakt,
hoewel hij herhaaldelijk op de toog neer
streek en daar eens lang genoeg bleef
zitten om ons in de gelegenheid te stel
len hem te fotograferen.
DANKBETUIGINGEN
Voor de blijken van belangstelling onder
vonden bij ons huwelijk zeg ik u, mede
namens mijn echtgenoot, hartelijk dank.
E. M. Witt-Rohde
14