Oom in actieve dienst vv' '-y 7 Een paar dagen ben ik oom geweest in actieve dienst, wel te verstaan, want als er een nichtje komt logeren is het oomschap van titel tot junctie ge worden. De moeder van het nichtje en mijn vrouw waren reeds voor dag en dauw op uitver- koopjacht gegaan en hadden mij de zorg voor het nichtje gelaten. Met haar moest ik dus een zaterdag vullen. Op naar Artis het is wel niet de goedkope maand, maar ala. Na het wassen en aankleden gingen we naar de keuken, alwaar wij beiden voor de geopende koelkast knielden en ernstig naar binnen keken teneinde iets eetbaars uit te kiezen. Kleine meisjes zonder hun moeder worden op slag anders. Zo worden van op te voe den object plotseling zelf opvoeders. Oom weet niet hoeveel boterhammen ik altijd eet. Oom weet niet wat ik er graag op wil. Oom denkt dat ik geen thee lust. Kortom, oom weet nergens iets van en dat moet ik hem allemaal rustig en precies gaan vertellen. Goed dan: twee boterhammen, een gekookt ei, twee schepjes suiker in de thee en de radio aan. Het moet een mooie dag worden, dus la ten we de ontbijtboel staan en gaan naar Artis. Dat wil zeggen: met twee trams mee. Een tram is een heerlijkheid voor een kind dat altijd achters vaders rug in de Volks wagen moet zitten. Nu geeft ze zelf haar kaartje, houdt zich overal goed vast en gaat dan geboeid naar buiten zitten kijken. „Is dat nou nog Amsterdam of zijn we in een ander land?" Het nichtje ziet kans om welgeteld duizend vragen te stellen. Als daar zijn: waarom zwemmen pinguins? Waarom brult een beerMoelijke vragen die de zeergeleer den Portielje en jacobi nog denkrimpels kunnen bezorgen. Mij niet, want ik ben een leek en ik zeg dus: een pinguin zwemt omdat hij het leuk vindt. En: een beer brult om dat hij in zijn oor wordt gebeten door de andere beer. Overigens zijn pinguins net oberkelners die hun vrije dag hebben, maar er beha gen in scheppen hun dienstkleding aan te houden en steeds lopen te piekeren hoe ze zich verdienstelijk kunnen maken. Bij de zwarte panter vertel ik dat dit een heel gevaarlijke poes is. „Schopt-ie dan?" vraagt het nichtje. Schoppen schijnt zij het ergste te vinden wat er is. De kamelen doen me weer denken aan het geen iemand eens van deze dieren zei: een kameel is door een commissie samen gesteld. Nog voor we alle, maar dan ook werkelijk alle dieren hebben gezien, geloven we het wel en gaan huiswaarts. Op het Leidse- plein moet worden overgestapt. Zou dat kind nou nooit eens een plasje moeten doen? Ze schudt kernachtig het hoofd. Ik bijt op mijn lip; een ander voorwendsel dan maar om even achter een glas bier te kunnen gaan zitten. je hebt nog helemaal geen limonade ge had, zegt satan mij voor. Dat zullen we dan eens gauw goedmaken, opper ik en voor zij het weet, zitten we in een zaak met volledige vergunning, waar dus ook limonade is. Ze ziet een man met een baard en lang hoofdhaar. Kijk es, oom, een apostel. Er staan zeker platen in de kinderbijbel. Ik bestel nog een biertje en ga als tegen prestatie pedagogisch vragen stellen over het beleefde. „Gekke dieren, hé, die vogels", zegt ze. „Hoe heten die ook weer?" Welke vogels zou ze bedoelen, we hebben er drieduizend gezien. Dan verlaat ze haar stoel en maakt met stijve benen een paar passen, de armen tegen zich aangedrukt. Aha, de pinguins. Enkele bezoekers kijken belangstellend toe. „U geeft dat kind toch geen sterke drank," zegt een oude heer streng. „Kan je denken, hij heeft er al twee repen chocola tegenaan gegooid voor ze met hem mee wou gaan"zegt de man met de baard. Dus toch geen apostel. Amsterdam is te groot op een dorp zou den alle mensen weten dat we oom en nicht zijn. Thuis worden we ontvangen alsof we drie omwentelingen om de aarde hebben ge maakt. „Kind, eindelijk!" roept de moeder en mijn vrouw zegt: „We wilden juist Artis opbellen om te vragen of een krokodil soms een kind had opgegeten. Ik laat mij niet uit het veld slaan en kijk zoals een oom kijkt die zich met verant woordelijkheid van zijn taak heeft gekwe ten. „Ik heb zo'n leuk klein hondje gezien", zegt mijn nichtje. Volgende keer blijf ik thuis voor het raam zitten. Misschien ziet ze dan twee leuke hondjes. De W 12

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1963 | | pagina 14