Ook UW leven kan van seconden afhangen BLOEDTRANSFUSIE Honderden jaren geleden reeds overwo gen verschillende volkeren niet al leen de mogelijkheid van het over brengen van bloed van het ene levende wezen in het andere, maar zij voerden het ook uit. Het is echter voor het eerst in het begin van de zeventiende eeuw, dat wij zeker weten dat de beroemde Engelse fysioloog Richard Lower, bloed transfusie bij dieren heeft toegepast. La ter deed hij dat ook bij zieke mensen. Maar hiermee was de Franse geneesheer Denis hem juist enkele jaren voor ge weest. Denis voerde de eerste beschreven bloedtransfusie uit ten behoeve van een ziek mens omstreeks 1650 met het bloed van een lam. Misschien speelde het feit, dat een lam zulk een zachtaardig dier is, een rol bij de keuze van het bloed van dit dier. Dr. Denis heeft deze kunstgreep nog en kele malen herhaald, later ook met men senbloed. Hij stuitte echter op heftig ver bet van de machtige Geneeskundige Fa culteit van Parijs, toen bij een van Denis' bloedtransfusies de patiënt overleed. Deze ingreep werd toen zonder meer als on deugdelijk en gevaarlijk gebrandmerkt en verboden. Daarna duurt het wel bijna een eeuw voordat de medische belangstelling op nieuw op de mogelijkheid van bloed transfusie wordt gericht. Maar pas in het begin van de twintigste eeuw kreeg zij ruime toepassing. Het beperken van de transfusie tot het bloed van mensen en de resultaten van de onderzoekingen van de Oostenrijkse arts K. Landsteiner heb ben de gevaren, aan deze ingreep verbon den, tot een minimum teruggebracht. Daarbij kwam nog de ervaring dat de techniek van de transfusie zeer kon wor den vereenvoudigd, door het bloed niet onmiddellijk van de donor in de receptor over te brengen, maar deze behandeling in twee delen te splitsen: het opvangen van het bloed van de donor en op een later tijdstip en in ander tempo, on der volmaakt ongestoorde omstandighe den het inbrengen van het opgevangen bloed bij de patiënt. BLOEDGROEPEN Dr. Karl Landsteiner te Wenen deed in 1900 een belangrijke ontdekking, nl. dat het mislukken van bloedtranfusies ver klaard kan worden, doordat de rode bloedlichaampjes twee belangrijke stof fen kunnen bevatten, nl. de A-factor en de B-factor. Hieruit volgde de rangschik king van de bloedgroepen, nl. A, B en AB. Daarnaast bestaat de O-groep, waarbij beide factoren ontbreken. De bovenge noemde stoffen hebben de eigenschap af- weerstoffen te kunnen vormen. In 1937 ontdekken Landsteiner en Wie ner de Rhesus-factor. Deze ontdekking maakten zij eerst in 1940 openbaar en trok grote aandacht. Zij heeft aanleiding gege ven tot geheel nieuwe behandelingsmetho des b.v. bij pasgeborenen waarbij, indien nodig, vrijwel al het bloed wordt wegge nomen en vervangen door nieuw. De ontdekking van professor Landsteiner in 1937 kwam hierop neer, dat men nu wist dat er twee mogelijkheden waren, nl.: er zijn mensen die de Rhesus-factor bezitten en mensen die haar niet hebben. Voortgaande op deze ontdekking heeft men ingezien dat men bij bloedtransfusie niet alleen rekening heeft te houden met het ABO-svsteem, doch tevens met de Rhesus-factor. Bloedtransfusies worden nu alleen gege ven, indien men van de patiënt de bloed groep en Rhesus-factor weet. BLOEDGROEPBEPALINGEN Uit het bovenstaande blijkt dus dat het noodzakelijk is, dat men van een patiënt die bloedtransfusie behoeft, zijn bloed groep en Rhesus-factor kent. Dit onderzoek, waarvoor verschillende methodes te volgen zijn, kost tijd. Het is in de tegenwoordige maatschappij met haar jachtig bestaan, met haar vele kan sen op ongelukken door verkeer of ar beid, in het oog springend van belang, dat de bekendheid met de bloedgroep en Rhesus-factor vóór het kritieke mo ment werd verkregen. Sedert oktober 1955 worden van iedere soldaat en marineman die in dienst komt de bloedgroep en de Rhesus-factor vast gesteld. Gezien het voorgaande heeft de directie gemeend, dat het ook voor de werk nemers van de Amstel Brouwerij van be- 7

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1962 | | pagina 29