De beker van het Brouwersgilde
Niet alleen schilderijen op de Frans Hals tentoonstelling
Ieder weet dat tot }0 september in het
Haarlemse Frans Halsmuseum een ten
toonstelling wordt gehouden ter gelegen
heid van het honderdjarige bestaan van
dit museum. Er zijn negenenzeventig
schilderijen (waarvan vele uit buiten
lands bezit) van de meester tentoonge
steld, maar er zijn ook curiosa en over
een daarvan wilde ik hier wat vertellen.
Het is de prachtige zilveren Sint-Maar-
tensbeker, die in 1604 voor het brou
wersgilde werd vervaardigd en vroeger
in het Haarlemse stadhuis stond.
Het aanzienlijke en invloedrijke brou
wersgilde, dat verscheidene burgemees
ters onder zijn leden heeft geteld, bezat
in de Sint Bavo een eigen kapel, waar
van het altaar was toegewijd aan de be
schermheilige der broederschap, St. Maar
ten. Het gilde was ruim genoeg bij kas
om die kerk met een grote koperen licht
kroon te begiftigen; op de schilden wa
ren de afbeeldingen van brouwerijgereed
schappen gegraveerd. Het kon zich ook
de weelde veroorloven van een staatsie
beker, die door de samenwerking van
vermaarde kunstenaars werd tot stand ge
bracht.
Het behoorde tot de tradities der gilde-
broeders dat zij bij voorkeur uit een be
ker dronken, die gemaakt was uit stof
die zij bewerkten, en de vorm had van
het voorwerp van hun ambacht.
Zo bedienden de schoenmakers zich van
een lederen beker in de vorm van een
laars, de timmerlieden van een houten
gedraaide beker enz. De hoedanigheid
van het brouwersgilde leende zich ech
ter niet om deze traditie te handhaven,
en men nam dan ook zijn toevlucht tot
een zilveren beker, inzonderheid voor
plechtige gelegenheden en gildefeesten.
Zo handelde ook het Haarlemse brou
wersgilde, dat immers moeilijk een bier
vaatje als beker op tafel had kunnen zet
ten.
Vanzelfsprekend werd het eerst gedacht
aan de schutspatroon van het gilde, Sint
Maarten (316/7-397), toen de versiering
van deze bokaal ter sprake kwam. Nie
mand minder dan Hendrick de Keijser
ontwierp de groep op het deksel, de hei
lige voorstellend op het ogenblik dat hij,
als jong soldaat op een koude winter
dag zijn krijgsmantel deelt met een bede
laar. De tekeningen der vier reliëfs op
de zijden van de beker stellen episoden
voor uit het leven van deze Martinus van
Tours en zijn van de hand van de ver
maarde graveur Hendrick Goltzius, een
vriend van De Keijser. De overleveringen
roemden de bisschop van Tours als een
voorbeeld van milddadigheid en de brou-
9