A
De heer F. Schiller op de receptie, welke de scheidende raad van beheer op 30 decem
ber 1938 gaf.
I""J et is voor mij niet eenvoudig over een
groot Nederlander te schrijven, maar om
dat mijn vader reeds sinds 1883 bevriend
was met de directie van de Amstel Brou
werij, zal ik gaarne aan uw verzoek vol
doen en enkele regels wijden aan de na
gedachtenis van jhr. Six van Hillegom.
Deze was de opvolger van jhr. Ernest de
Pesters als commissaris van de N.V. Ho
telmaatschappij Schiller. Hij was zeer in
onze zaken geïnteresseerd, bijzonder kun
dig en vele malen onze gewaardeerde
vraagbaak; vooral voor en gedurende de
oorlogsjaren, toen malaise en ellende heers
ten heeft de commissaris menig goed ad
vies gegeven en heeft de directie van zijn
juiste raad kunnen profiteren.
Vele collega's bij wie hij ook commissaris
was, zullen wel hetzelfde hebben onder
vonden. Dat de heer Six een groot figuur
was in Nederland, vooral in Amsterdam,
weet een ieder die het genoegen heeft ge
had met hem in contact te komen en velen
zullen hem dan ook missen.
Jarenlang was hij op honderden jubilea
van zaken of verenigingen een zeer ge
waardeerde vertegenwoordiger van de Am-
stel Brouwerij of kwam hij als particulier
en verraste dan iedereen met een toepasse
lijke en geestige toespraak. Daarvoor moet
men fijngevoelig zijn een sterk karakter
hebben. Velen vergeten dat nooit.
Ook de jaarlijkse Bockbieroptochten waren
onder zijn leiding altijd succesvol, hetgeen
eveneens geldt voor het Rembrandtfeest.
Voor mij kwam er dan nog de achting bij
voor zijn grote liefde voor kunst en kui
tuur en zijn prachtige verzameling kunst
voorwerpen en doeken van oude meesters,
het idool van het oudadelijk geslacht Six,
dat in deze tijd van techniek en overmatige
sociale moeilijkheden de mensen bescha
ving en fijn gevoel wist bij te brengen.
Een groot geluk voor ons en ons nage
slacht is, dat het museum intact blijft en
de kunstschatten niet verspreid raken. Al
dat schoons, vooral de schilderijen van
Rembrandt, blijft ter bezichtiging in het
museum aan de Amstel, waarvoor wij dank
baar zijn.
De heer Six was een aangenaam en voor
komend mens, een waardig nazaat van de
bekende burgemeester Six, die een intiem
vriend was van onze grote Rembrandt.
Hij wist heel veel, kon vlug reageren en
met vaste hand leiding geven, eigenschap
pen waarvan ontelbare belanghebbenden,
b.v. zakenmensen, bestuurders van vereni
gingen, particulieren en de gemeente Am
sterdam hebben geprofiteerd.
Met dankbaarheid hebben velen geluisterd
naar de juiste, gevoelige en zuivere af
scheidswoorden, die zowel de broer als de
zwager in de aula bij de plechtige be
grafenis van onze hoogstaande edelman en
zijn lieve echtgenote hebben gesproken.
Zij rusten in vrede.
Frits Schiller
5
