DOOR MIDDEL VAN KOKEN
KOELEN WE
Achttien miljoen liter hier moeten we elke
minuut van de dag en de nacht in onze
brouwerij koelen, evenals 33 gisthakken
met een inhoud van 3.400.000 liter, vele
duizenden vaten gevuld met bier en dan
niet te vergeten de kistenkelder waar tien
duizenden flessen klaar staan om te wor
den verzonden. Alles bij elkaar een res
pectabele hoeveelheid en daarom is het niet
te verwonderen dat de koeltechniek is uit
gegroeid tot een wetenschap met een hand
leiding van talloze dikke delen.
TZ oelen is goed beschouwd alleen maat
de kringloop van een vloeistof, die op
de te koelen plaats wordt gekookt.
Dit klinkt vreemd, maar als we het systeem
van dichtbij bekijken dan zal dit eigenaar
dige feit gemakkelijk te begrijpen zijn.
De kringloop die de vloeistof in ons
geval ammoniak maakt, zullen wij in
een willekeurige ruimte gaan volgen, waar
een buis loopt met het bedoelde prikke
lende vocht, dat zich beweegt in de rich
ting van de te koelen kelder. Na korte tijd
bereiken we deze en zien de ammoniak via
een regelventiel verdwijnen in een appa
raat, dat verdamper genoemd wordt en op
verschillende manieren uitgevoerd kan zijn.
De naam van het apparaat verraadt al wat
daar gaat gebeurende ammoniak die tot
nu toe vloeistof is gebleven, verandert vrij
snel in damp en dit veroorzaakt koude. In
de brouwerij ongeveer twaalf graden onder
nul.
Een kilo lucht
Om uit te leggen hoe het komt dat door
dit systeem koude gemaakt kan worden,
moeten we ons even bezig houden met de
luchtdruk, een pannetje water en een rood
gloeiende steen.
Op elke vierkante cm van het aardopper
vlak (op zee-niveau) drukt een kolom
lucht die tot aan het einde van de damp
kring reikt met een gewicht van één kilo.
Deze luchtdruk is de oorzaak, dat we moe
ten wachten totdat het water in ons pan
netje 100 graden is, voordat het gaat
koken.
Staan we op een berg van 4.000 meter,
dan is diezelfde kolom lucht 4 km korter
en is de luchtdruk iets lager, waardoor
water reeds onder de 100 graden kookt.
Nu kunnen we ons gemakkelijk voorstel
len, dat we deze druk kunstmatig kunnen
wegnemen. Onder een glazen stolp wordt
de lucht weggezogen en hoe meer lucht
eruit verdwijnt, hoe lager de luchtdruk
zal worden. Zouden we onder deze stolp
een pannetje water aan de kook willen
brengen dan zou, bij steeds lagere lucht
druk, het water bij steeds lagere tempe
ratuur gaan koken. Er is nog een inte
ressant verschijnsel dat zich voordoet bij
het koken van een vloeistof: het koken
de water onder de stolp verdampt en de
ze verdamping onttrekt warmte aan de
kleine ruimte aan de binnenzijde van de
stolp. Dit is te vergelijken met een be
zweet mens. Het vocht in zijn lichaam is
gedeeltelijk op zijn huid gekomen en is
gaan verdampen, hetgeen warmte aan zijn
lichaam onttrekt. Als hij rustig gaat zit
ten, zal hij het weldra koud krijgen. Het
zelfde vinden wij terug bij een pannetje
water dat wordt gezet op een roodgloei
ende steen. Na verloop van korte tijd
zal het water warmte hebben onttrok
ken aan de steen, die koud is geworden,
terwijl het water warm is.
Als wij nu gelijkmatig de druk vermin
deren in de stolp, zal het water zonder
verwarming van buiten, steeds blijven ko
ken en we kunnen zelfs een temperatuur
van een graad boven nul bereiken, ter
wijl het water lustig doorgaat met bor
relen en dan plotseling zien wij dat
het water ijs wordt.
Nu gaan we terug naar onze kelder.
Langzaam stroomt de ammoniak in de
verdamper, waar pompen de druk heel
laag houden. Daardoor kan de ammoniak
direct gaan koken, waardoor verdamping
7