voor de vrouw Tips voor het kopon en koken
Vlees blijft in een met azijn gedrenkte
doek langer vers; fijne vleeswaren legge
men tussen gewassen slabladeren en perse
ze tussen twee evengrote borden.
Schapevlees verliest zijn (voor vele men
sen) onaangename lucht als het rauwe
vlees voor het braden met mosterd wordt
bestreken.
Rundvlees van goede kwaliteit heeft een
rode diepe kleur en ziet er vers uit. De
spiervezels moeten glad, de vetdelen hard
en vet, niet vochtig of waterig zijn. Ge
marmerd vlees is meestal van goede kwa
liteit.
Vlees om bouillon van te trekken wordt
met koud water opgezet; wordt minder
waarde aan de soep gehecht, en meer aan
de kwaliteit van het vlees, dan wordt het
in kokend water opgezet.
Vleesbouillon krijgt door het meekoken
van enige uieschillen een mooie kleur.
Vleessoep moet eerst gezeefd worden als
u ze wilt bewaren; de soepgroente doet de
soep sneller verzuren.
Gevogelte wordt boven een vlam van de
donsveren ontdaan voor het wordt opgezet.
Jonge ganzen hebben zachte poten, die ge
makkelijk gescheurd kunnen worden. De
snavel moet bleekgeel zijn en gemakkelijk
indrukbaar.
Een vette gans moet wit, een braadgans
rose zijn.
Wandelaars in Brussel kon
den kortgeleden een etalage
zien geheel gewijd aan Am-
stel hier en ingericht door
de heer Nijman van onze
reclamedienst.
Kalfsvlees moet felrose van kleur zijn en
zacht van vezel.
Varkensvlees moet strakke vezels hebben
en sterk rood van kleur zijn.
OPLOSSING
De oplossing van de vorige puzzel luidt:
Horizontaal: 1 gerst - 5 lager - 9 stoop - 13 moeder - 15 mobiel - 17 s.s. - 19 meel -
21 been - 22 1.1. - 23 tor - 25 nu - 26 lik - 28 er - 29 zes - 30 idem - 32 Ria - 34 lek -
36 noen - 37 nader - 39 appel - 41 zonde - 42 eren - 44 wet - 45 mode - 46 keizersnede
- 51 peer - 52 ende - 55 over - 58 rek - 59 roe - 60 kant - 62 paleis - 63 draver - 64 etui -
65 tra - 67 pee - 69 silo - 70 neef - 71 eelt - 73 leeuwendeel - 77 Slon - 78 Ens - 79 niet
- 82 roten - 84 eggen - 86 Leida - 88 olijf - 89 die - - 90 erf - 92 knop - 93 uil - 94 ra -
95 nul - 96 ik - 97 top - 98 we - 99 bord - 101 deel - 103 de - 104 kiemen - 106 morren
- 108 naast - 109 kaart - 110 kandij.
Verticaal: 1 gisting - 2 R.M. - 3 som - 4 teen - 5 lel - 6 ar - 7 em. - 8 rob - 9 stier
- 10 ten - 11 O.L. - 12 pilsner - 14 deur - 16 beek - 18 soda - 20 z.i. - 22 leed - 24 rede
- 26 lapwerk -'27 kletser - 29 zone - 31 merk - 33 ia - 35 el - 36 node - 38 reep - 40 per
- 41 zode - 43 niersteent - 45 mededelen - zee - 48 N.N.O. - 49 koper - 50 geluk 53 havik
- 41 zode - 43 niersteen - 45 mededelen - 47 zee - 48 N.N.O. - 49 koper - 50 geluk - 53 havik
- 54 strop - 56 vat - 57 rei - 60 kas - 61 nel - 65 reu - 66 afwegen - 67 penseel - 68 eed
- 70 neon - 72 teil - 73 lief - 74 eng - 75 leek - 76 brouwen - 77 stijl - 80 tint - 81 tap
perij - 83 olie - 84 ei - 85 nr. - 87 dood - 89 darm - 91 fier - 94 roet - 95 uk - 96 kerk -
99 bis - 100 dek - 101 dot - 102 Lea - 104 ka - 105 na1- 106 mr. - 107 N.N.
8
