Eerste avontuur met Limburgse brouwgerst
jn een vorig Spongat hebt u kunnen lezen, dat de Nederlandse brouwerijen grote
l hoeveelheden binnenlandse brouwgerst verwerken. Deze gerst wordt nagenoeg geheel
in het zuidwesten van ons land geteeld. Doordat ook het buitenland grote belang
stelling voor deze gerst toont, tracht men tot een uitbreiding van de brouwgerstgebieden
te komen en in diverse streken in het noorden, midden en zuiden van Nederland worden
op vrij grote schaal proeven genomen. Limburg is één van deze gebieden en hierover
willen wij u ditmaal iets vertellen.
uitgezaaid. Daardoor werd de te verwach
ten opbrengst zo groot, dat de oogst over
enige mouterijen moest worden verdeeld.
Er is geen lieflijker aanblik dan te
velde staande gerst in jonge aren;
een aanblik die de voorzomer biedt
de lage velden in lichte strokleur,
volgzaam wiegend met de wind, een
beweging die versterkt wordt door
de lange kafnaalden.
Gerst is pastelgroen, met een zijden
glans in het zonlicht, deinend met
een wrijvend, strelend katte gebaar
geen geluid verneemt men in een
gerstveld, zo zacht is gerst die door
zon en wind beroerd wordt.
Uit: The Cornfield,
door V. Jensen.
Wellicht weet u, dat löss een grondsoort
is, die veel in Limburg voorkomt. Nu on
derzoekt men in de praktijk of de teelt
van Balder brouwgerst (dit is de naam
van de Nederlandse brouwgerst) op deze
grond goede kansen heeft. Niet alleen de
grondsoort speelt hier een rol, maar ook
de invloed van het klimaat mag niet ver
waarloosd worden. Door het heuvelachtige
terrein immers waait het doorgaans in Lim
burg minder dan in Zeeland, waar de zee
wind over het vlakke land vrij spel heeft.
Al enige jaren heeft een aantal Limburgse
boeren op kleine schaal met succes brouw
gerst verbouwd, met als gevolg, dat in het
voorjaar van I960 belangrijk meer werd
Als één van de verwerkers werd nu ook de
Amstel Brouwerij aangewezen. Uiteraard
waren wij geïnteresseerd in de stand van
zaken. Bij een bezoek in de voorzomer
konden wij zien, dat de gerst er veel
belovend voorstond, zo goed zelfs, dat de
oogst reeds in juli kon worden verwacht;
vroeger dus dan in Zeeland, waar meestal
niet eerder dan in augustus geoogst wordt.
De weergoden beslisten echter anders en
kort voordat de oogst zou beginnen, stuur
den langdurige regenbuien de plannen
grondig in de war. Tengevolge van dit
„stralende" weer stond de gerst drijfnat op
het veld en zakten de zware, met water
beladen aren, mede onder invloed van de
wind, langzamerhand naar de grond. Dit
neerzakken van de gerst noemt men lege
ren; en dit legeren kan veel narigheid tot
gevolg hebben. Het zal duidelijk zijn, dat
gerst bij voorkeur droog geoogst moet wor
den, omdat het dan goed vervoerbaar is en
gemakkelijk kan worden opgeslagen. Natte
gerst gaat spoedig broeien en schimmelen,
waardoor het als brouwgerst onbruikbaar
wordt. Het wachten was dus op droog
weer, waarbij wind en zon onontbeerlijk
zijn. Maar helaas, de zomer van I960 was
een recordbreker wat betreft regen en zon-
loze dagen. Vele vacantiegangers weten
hiervan mee te praten.
1