Ik heb het thuis geprobeerd
Met deze opmerking kwam een onder
nemend collega ons kantoor binnen.
„Ik heb het thuis geprobeerd; het
gaat wel, maar het is een hele bedoening,"
zei hij.
„Interessant," zeiden wij, „en wat heeft u
thuis geprobeerd?"
„Bier brouwen, natuurlijk. Ik heb in Het
Spongat gelezen hoe het gaat en ik dacht:
dat moet thuis toch te doen zijn...
„En?" vroegen wij, want brouwen is een
kunst waarop vele bekwame mannen reeds
hun tanden stukgebeten hebben.
„Het is te doen, maar wat ik al zei het is
een hele bedoening. Gelukkig had ik in de
tuin nog wat knappe gerst in bloei staan,
zodat ik met mijn sikkeltje een paar bruik
bare aren kon maaien. Het hamertje hing
vlak bij het sikkeltje, dus daarmee kon ik
er de korrels uitkloppen. Je moet er eigen
lijk een dorsvlegel voor hebben, maar wie
heeft zo'n ding in huis tegenwoordig...
Het water viel ook mee. Ik heb de water
man opgebeld en die had ruime keushard
water, zacht water, halfzacht water. En
zwaar water, maar dat was verschrikkelijk
prijzig."
„Maar had u dan een brouwersuitrusting:
weekkuip, mouttrommel, eest, beslagkuip
enzovoort?"
„Welnee, maar daarvoor kan je bij het
CBK terecht."
„Het Centraal Brouwerij Kantoor? Dat lijkt
me sterk."
„Nee, het Centraal Bureau voor Klein-
brouwers, dat heeft de hele outillage voor
slechts 2.411,35, inclusief receptenboekje.
Maar dat klopte niet helemaal, want ze
slaan het hele moutproces over. U knipt,
staat er, van de havermout de havertjes af,
dan houdt u de mout over."
„Omslachtig en onsportief," zeiden wij.
„Is het ook," moest hij toegeven, „ik heb
dan ook gewoon mijn weekkuipje gebruikt.
Weken duurt dagen, dus ik had tijd ge
noeg om mijn kiemtrommel in orde te
maken. Aansluiten op een natte stofzuiger
vanwege de vochtige lucht die erin gebla
zen moet worden en een dienstrooster op
stellen voor het gezin, want ieder moest
op zijn beurt draaien, dat voel je wel. Ik
zeiwie niet draait zal ook niet drinken.'
„Vonden ze het leuk?" wilden wij weten.
„Ach, die dagdienst ging nog wel, maar
er moest 's nachts worden doorgedraaid...
Er was wel enig leven in de brouwerij,
verklaarde hij schaterend.
Wij keken hem bewonderend aan. Wel acht
ten we hem een onderkruiper, maar om je
huwelijksrust te durven opofferen aan een
dubieus eigen brouwsel vonden we toch
wel dapper. We vroegen: „Hoe is het
kiemen gegaan?"
„Kiema, kiema," zei hij bezorgd. „Zo nu
en dan kijk je even of het al komt. In het
receptenboekje staat„komt de kiem dan
is het goed, maar komt de kiem niet dan
hebt u onontkiembare gerst, of kiemtrage
gerst (ook wel genoemd traagkiemende
gerst) of binnenkiemende gerst. Wilt u in
het laatste geval de kiem zieri, dan moet
u de korrel splijten. Hoe dat ook zij, u
hebt misgerst." Daar kon ik het mee doen.
Maar gelukkig ging het goed. Ik snel mijn
eestje voorverwarmd. De jongste zoon keek
even na welk bier er bijna op was, want
ik moest natuurlijk weten wat ik wilde.
„Alles is op," riep hij. Dat vereenvoudigde
de zaak aanzienlijk: ik kon doen wat ik
wilde. Laat ik maar gewoon Amstel bier
maken, besloot ik. Alles, hup, de eest in,
de droge stofzuiger aangesloten en rooste
ren maar. Toen de buren gingen klagen
over een typische lucht op de trap heb ik
de eest stopgezet. Het mout was precies
goed. Ik heb nauwkeurige buren."
Ervaren zevers
„Heeft u ze uitgelegd wat u aan het doen
was?"
„Ja, in zoverre, ik heb gezegd, dat ik wat
werk mee naar huis had gebracht. En toen
borstelen. Met de moutborstel moesten alle
kiemen eraf, maar de mout stoof door de
hele keuken en geen worteltje los. Mijn
vrouw veegde het bij elkaar en toen was
alles in orde. Samen hebben we het ge
zeefd. Er zijn twee soorten zeven, wist u
dat? De moutzeef, daarbij blijft de kiem op
de zeef liggen, en dan de kiemzeef, dan
vallen de worteltjes door de gaten. 'Ervaren
zevers hebben blijkbaar geen voorkeur,
maar het is goed te achten, dat men ge
negen is met zijn vieren te zeven', zegt
het boekje. We hebben nog woorden ge
had over het vee. Ik zei: nu geven we de
worteltjes aan het vee, maar mijn vrouw
dacht, dat ze het mout lekkerder zouden
vinden. Ik heb het gewonnen, want we
hadden afgesproken, dat we van dat mout
bier zouden maken. Over het malen kan ik
kort zijn: het duurde kort, want we had
den maar weinig te malen. Toch heb ik
altijd gedacht dat schroot er anders uitzag.
Waar bemoeit de Kolen- en Staalgemeen
schap zich anders steeds mee?"
7