aanwezigen en deze laatste trad hierna naar voren. Hoewel het geen gewoonte is, dat een commissaris van de vennootschap bij een gelegenheid als deze spreekt", zo zei de heer Van Marwijk Kooy, „richt ik wel het woord tot u, maar dan niet als commis saris, maar als vriend". Hij vertelde hoe vroeger een handjevol Duits brouwperso- neel ervoor zorgde dat er bier gemaakt werd en hoe het als een nieuwigheid werd beschouwd, dat er een werktuigkundig tekenaar aan het bedrijf werd toegevoegd (nl. de heer Stomps). De geest was na melijk aan het veranderen en de ontwik keling van de brouwerij moest gelijke tred houden met de brouwkunstige ontwikke ling. Met die verbouwing gingen grote moeilijkheden hand in hand, want er moest bekeken worden hoe er gebouwd moest worden zonder dat het brouwen stagneerde. En het oplossen van die moeilijkheden kwamen op het hoofd van de heer Stomps neer, die ze in overleg met de heer Van Marwijk Kooy oploste. „U paart nauw keurigheid aan inventiviteit; dat komt niet vaak voor en dat is daarom een eigen aardig verschijnsel en een buitengewone gave". Een benarde tijd was het toen de heer Van Marwijk Kooy moest onderduiken i.v.m. de speurtocht die de bezetters naar de beide zoons ondernamen, maar hij vond een gastvrij tehuis bij de familie Stomps. De heer Van Marwijk Kooy herdacht die tijd in dankbaarheid en stelde met vol doening vast, dat de heer Stomps zo vele jaren als vriend naast hem had gestaan. „Ik hoop dat het u en uw gezin goed mag blijven gaan en dat u nog veel werk voor de brouwerij zult kunnen verrichten", al dus besloot de heer Van Marwijk Kooy zijn toespraak. Nadat de heer Fokke, baas van de botte larij de jubilaris had gefeliciteerd met de ontvangen onderscheiding, bracht hij in herinnering hoe in de begintijd van de stoop dit nieuwe verpakkingsmiddel be proefd werd. Vijftien atmosfeer druk kwam 8

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1961 | | pagina 10