Wat is „vanzelf ontstaan
Weer zo'n vraag waarover niemand tegen
woordig in twijfel verkeert, maar die in
1860 onbeantwoord bleef.
Wij weten, dat een stuk vlees, gedurende
enige tijd aan de lucht blootgesteld, onder
wormen komt te zitten, omdat vliegen daar
met hun eitjes de oorzaak van zijn. En
wij weten ook, dat steriel afgedekt vlees
niet bederft. Maar er was een tijd, dat men
geloofde, dat koren vanzelf grijs werd en
dat de geuren uit de moerassen aldaar kik
kers, slakken en bloedzuigers deden ont
staan men was ervan overtuigd, dat vlooien
en wormen uit het vlees ontstonden. Dat
was tevens de opvatting van meneer
Pouchet uit Rouaan.
Toen Pasteur de brief gelezen had, fronste
hij de wenkbrauwen: hij begreep dat de
gedane proeven niet smetteloos waren uit
gevoerd. Pouchet had willen bewijzen, dat
er na afsluiting van de buitenlucht toch
organismen ontstonden en tot wasdom kwa
men, maar hij was niet op zijn hoede ge
weest voor de organismen die zich arglistig
in zijn instrumenten hadden weten in te
dringen.
„Die microben zijn niet uit zichzelf ont
staan", peinsde Pasteur; „zij bestonden al,
maar dat zal ik moeten aantonen door een
tegenproef".
Het begon op de vliering
Nu was het doen van proeven, ondanks
hetgeen men zou denken, voor Pasteur geen
eenvoudige zaak. Want op de kweekschool
waarvan hij administrateur was, bestond
geen laboratorium. Aan het ministerie
vroeg hij enig crediet, maar de minister
liet weten, dat zijn budget geen ruimte liet,
nog niet voor vijftig centimes, voor kosten
van onderzoekingen. Maar hij vroeg en
kreeg vergunning om zich in een hoekje
van de zolder te installeren. En zo plaatste
hij droogoven en reageerbuisjes op een
vliering, waar hij op geen andere manier
kon komen, dan op zijn knieën... Hier en
onder deze omstandigheden begon de we
tenschappelijke beweging, die de genees
kunde zou vernieuwen. Pasteur had goed
gezienzodra de proef op vlekkeloze wijze
werd uitgevoerd, verscheen er geen enkele
microbe en was er van ontstaan uit het
niets geen sprake. Wilde een arts dus een
wond behoeden voor infectie, dan hoefde
hij alleen maar te zorgen dat deze vanide
buitenlucht werd afgesloten, zonder jje-
vreesd te zijn, dat er bacillen zouden komen
zonder dat er ooit een vader-bacil was
geweest
Pasteur legde op 6 februari 1860 zijn be
vindingen voor aan de Academie van
Wetenschappen en onmiddellijk begonnen
de meningsverschillen.
Victor Meunier viel Pasteur aan in „Le
Siècle" en zei dat de chemicus Pasteur bij
het bepalen van dierlijke organismen en
het trekken van logische gevolgtrekkingen,
zich moest laten bijstaan door deskundigen
op dat gebied. Pouchet liet zich wraak
gierig uit en vervolgens ontstak ieder in
toorn, die de oude leer wilde blijven aan
hangen en als het aankwam op bewijzen
daarvan, met zeer weinig genoegen namen.
Maar Pasteur antwoordde geducht en in
de ideeënstrijd die daarna losbarstte weer
de hij zich op een wijze die men in
wetenschappelijke kringen nauwelijks ge
wend was.
Als de wetenschap aanvalt
Men stelt zich gewoonlijk wetenschaps
mensen als bleue, vreedzame lieden voor,
die zich op zachte toon met elkaar onder
houden over geleerde kwesties ontbloot
van elk wezenlijk belang. Deze voorstelling
gaat evenwel allerminst op voor de strijd
lustige Pasteur, die een hartstocht had,
namelijk de wetenschappelijke waarheid en
als men die geweld trachtte aan te doen,
Vieren die hijs!
Op de rede van het eiland Barbados (Klei
ne Antillen, ten oosten van de Nederland
se Antillen) is een lichter langszij de
Oranje Nassau van de KNSM gekomen.
Er is Amstel bier aan boord en die moet op
stroom worden overgeladen. Van dat over
laden maakte de heer Verspoordie een
reis maakte met de Oranje Nassau, deze
foto. Op het dek zijn de drie delen van
het luik te zien, dat het ruim met Amstel
bier heeft afgesloten.
2