kleine hoeveelheden lood of antimoon (een
zeer oud metaal, dat in gedegen toestand
voorkomt in China en Japan; meestal ech
ter vindt men het in de vorm van com
plexe zwavelverbindingen) geven de tin
nen voorwerpen hun zwarte kleur. Daar al
deze legeringen schadelijk zijn voor de ge
zondheid, werden deze vroeger vaak door
beëdigde tinnegieters gekeurd; hoge boe
ten, gevangenisstraf en uitstoting uit de
gilden waren als straf vastgesteld. Ieder
voorwerp moest worden voorzien van een
merk, dat met een matrijs op een vastge
stelde plaats moest worden ingeslagen; uit
dit merk kon men de plaats van herkomst
en de naam van de tinnegieter afleiden.
Een ander merk gaf de kwaliteit van het
tin aan, want er zijn vanzelfsprekend ver-
naamd tinkruid zilverglanzend gepoetst.
Sinds de verzamelaars zich met tin zijn
gaan bezighouden is men zich gaan af
vragen wat juist is: zilverglanzend poetsen
of de voorwerpen bedekt laten met het
zwarte laagje, dat het tin het oude aan
zien geeft.
Oude tinnen voorwerpen worden door de
verzamelaars zeer gezocht en vervalsingen
zijn natuurlijk het gevolg. Zelfs worden
ook de tinmerken vervalst en eenvoudige
oude voorwerpen versierd en van data
voorzien om een hogere prijs te kunnen
bedingen.
In Nederland placht de tingieter bij alle
vormverscheidenheid van zijn produkten aan
deze de eenvoudige lijn te geven, de aard
van het materiaal geen geweld aandoende,
Bij deze Duitse bierpul springt duidelijk de
zwarte kleur naar voren; dus was er veel
lood toegevoegd. Het opmerkelijke bij deze
pul is de zuivere Engelse vormen, zowel van
de beker als van het handvat. De beker heeft
de bekende tulp vorm, die zeer gezocht was
in de jaren 1730185Ó.
schillende kwaliteiten en samenstellingen.
De zeventiende en achttiende eeuw zou
men de glorietijd van het tin kunnen noe
men. Het gieten gebeurde in vormen, uit
verschillende delen samengesteld. Om de
gietarbeid enigszins te vergemakkelijken
werden bijv. de handvatten afzonderlijk ge
goten en later bevestigd. Het aldus gego
ten materiaal moest afgewerkt en gepolijst
worden.
Het eenvoudige gebruikstin bevatte weinig
of vaak ook geen enkele versiering. Maar
omdat gedurende vele eeuwen de huisvrou
wen graag een collectie mooi tin bezaten,
werden de tinnen voorwerpen versierd. Dit
gebeurde door er reeds bij het gieten ver
sieringen op aan te brengen, dan wel door
er later ornamenten op te graveren, in te
kloppen of ze van gescheiden lijnen of
punten te voorzien. Zelden werd het ma
teriaal geëtst of gedreven. De tinnen voor
werpen werden door de burgerij met zoge
maar integendeel ernaar strevend de goede
eigenschappen daarvan tot hun recht te la
ten komen. Hij bezat gevoel voor de eisen
van het tin en bij menig oud stuk worden
wij bekoord door de feilloze smaak van
deze simpele handwerkslieden. Bij vroege
stukken ontdekt men soms de invloed van
houten, bronzen of aardewerk voorwerpen.
Een duidelijk beeld van een deksel. Op de
originele foto zijn de tinmerken duidelijk
zichtbaar en ook is het gestyleerde jaartal
1792 te zien.
12