gerst is geen brouwersgerst VAN GERST TOT MOUT VB 'i Uil Nu sinds en'ëe "weken de Hol- W I 'ar,dse brouwgerst uit de nieu- r\uHf we 00Sst aan het binnenkomen Ijl is, vormt dit een goede aan- ij] leiding eens wat meer over Sjw deze belangrijke biergrondstof te vertellen. J Gerst moet aan bepaalde eigenschappen voldoen, wil zij geschikt zijn als brouwgerst. In dit verband zijn van belang de kiemkracht, d.w.z. het groeivermogen moet voldoende zijn het eiwitgehalte dat niet te hoog mag zijn en het vermogen bepaalde omzettingen in de korrel tijdens het kiemen teweeg te brengen. Dertig jaar geleden kende men nagenoeg geen Nederlandse brouwgerst en moest al les worden ingevoerd uit brouwgerstlanden bij uitstek zoals Tsjechoslowakije en Polen. In het laatst van de jaren twintig begon men in Nederland echter intensief te zoe ken naar een gerstras dat hier verbouwd kon worden en voor de brouwerijen goed verwerkbaar was. Na langdurige proefnemingen en vele teleurstellingen werden brouwgerstrassen gevonden, die inderdaad bruikbaar bleken te zijn. Tenslotte kwam het ras Balder als favoriet naar voren en nu wordt nagenoeg uitsluitend dit ras door de brouwerij betrokken. OPRICHTING NACOBROUW De ontwikkeling en veredeling van de Nederlandse brouwgerst is te danken aa-n het Nationaal Comité voor Brouwgerst, kortweg Nacobrouw, opgericht in 1933 door brouwindustrie en landbouw geza menlijk. Nacobrouw doet op wetenschap pelijke wijze over een zeer uitgestrekt ge bied onderzoekingen: bodemonderzoek, dat na de overstromingen in Zeeland van het grootste belang is geweest, bemesting, ziektebestrijding, aanleg van proefvelden, waarop gerstrassen worden verbouwd, het onderzoeken van mout uit deze gerst soorten in een proefmouterij enz. Dat het vooral in de oorlog voor de brou werij van bijzonder groot belang is ge weest, dat men op inheemse brouwgerst kon overschakelen, behoeft geen betoog. Onze brouwgerst komt nagenoeg uitslui- tend van het zuidwestelijk zeekleigebied, t.w. uit Zeeland, het noordwesten van Brabant en het zuidwesten van Zuid- Holland. Als belangrijkste gebied kan wel Zeeuws-Vlaanderen worden genoemd. Hoe komt nu de brouwgerst van de boer bij de brouwerij en wat gebeurt er op die weg met de gerst? In Nederland wordt de brouwgerst cen traal ingekocht door een organisatie, waar voor het Centraal Brouwerijkantoor ver antwoordelijkheid draagt. Van de gezamen lijke brouwerijen ontvangt dit richtlijnen voor de aankoop. De boeren verkopen hun brouwgerst aan de handel of aan hun coöperatie en de inkopers van het CBK, die deze gebieden en de daar gevestigde graanbeurzen be zoeken, kopen daar de geschoonde of on- geschoonde gerst. De laatste soort is in deze vorm voor de brouwerij niet bruikbaar, daar zij allerlei verontreinigingen bevat, zoals steentjes, vreemde zaden, stukjes klei, stro enz. Som mige brouwerijen, waaronder ook de Am- stel Brouwerij, hebben zelf reinigings installaties, zodat zij daarom ook wel on- De gerst wordt gelost. De heer C. O je vaar van de Expeditie zorgt dat het uiteinde van de slurj in de gerst blijft steken, zodat de korrels met de snelheid van een motorfiets kunnen worden opgezogen.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1958 | | pagina 5