ZANGERS IN DE KELDER
Op de laatste dag van juli hebben wij het
Tramkoor Kunst en Broederschap in onze
ontvangstkelder welkom mogen heten. De
leden van dit mannenkoor waren in gezel
schap van hun dames en zij wilden voor
de rondleiding in ons bedrijf en het biertje
dat daarna werd aangeboden, iets terug
doen. En hoe doet een zangkoor dat beter
dan met het zingen van enkele nummers?
Jhr. Six van Hillegom en de heer mr.
Egberts kwamen namens de Amstel Brou
werij de zanghulde in ontvangst nemen.
En deze bleek de moeite waard te zijn
alle hulde voor dit prachtige koor en zijn
bekwame dirigent, de heer Karei Beune.
Wij vernamen, dat het koor reeds in maart
1912 is opgericht en bijna geheel bestaat
uit leden van het rijdend personeel van
ons GEBtram- en autobusbestuurders en
conducteurs.
Liederen van uiteenlopende aard werden
ten gehore gebracht en het eerste vonden
wij zo aardig, dat wij het, met vriende
lijke toestemming van het bestuur, voor
ons blad hebben overgeschreven.
DE KUIPER
woorden: muziek:
M. Dautzenberg WF. Kools
Kloppe, kloppe, klop,
Klop de hoepels op.
Tonnen moeten vaardig zijn
Voor den lekk'ren Vlaamsen wijn.
]a, dan schenkt de bottelier.
Ons zijn beste gerstenbier.
Kloppe, kloppe, klop,
Klop de hoepels op!
Slijpen wij het beste lemmer,
Smeren wij ons zagentuig,
Vormen wij voor vat en emmer
Bodem, repenhout en duig.
Kloppe, kloppe, klop.
Blaast maar toe, de spaanders roken,
Ziet, het vuur is al ontstoken.
Ras de duigen in haar banden!
Kijkt, de vlamme draait ze krom.
Hamert nu met vlugge tanden.
Loopt de tonnen om end' om.
Dat zij eens met ronde buiken
In den kelder nederduiken.
Die den kelder en de tonnen
Vlijtiglijk bezoeken gaan
Om de zoete hemelsbronnen,
Die er vloeien uit de kraan,
Zullen ons met blijde lippen
Danken bij hun geestig nippen.
(1924)
STRAATNAMEN IN DE BUURT
Andneas Bonn
Een bekende klank deze naam, want
aan de straat die zijn naam draagt is
een gedeelte van onze brouwerij ge
legen. De Amsterdamse geleerde
Andreas Bonn werd op 17 juni
1738 geboren en studeerde op de
Latijnse school alhier „geleerde ta
len", zoals een oude bron ze noemt.
Na zijn studie in de medicijnen pro
moveerde hij te Leiden toen hij vijf
entwintig jaar was. Zijn proefschrift
werd door de geleerden uit die tijd
een der beste geneeskundige verhan
deling genoemd. Het jaar daarop
ging hij naar Parijs, waar hij de
beroemdste geneeskundigen van zijn
tijd ontmoette. Weer een jaar later
vestigde hij zich als geneesheer te
Amsterdam en hem werd in 1771
een leerstoel aangeboden in de ont
leed- en heelkunde aan het Athe
naeum en hij aanvaardde deze.
Koning Willem I erkende zijn grote
verdiensten als geneeskundige door
hem te benoemen tot ridder in de
orde van de Nederlandse Leeuw.
Andreas Bonn was in 1790 een der
oprichters van het Genootschap der
Heelkunde, welk genootschap hem
de gouden erepenning verleende.
Hij stierf op 2 september 1817, op
79-jarige leeftijd.