EEN LEGIONNAIR VERTELT
Eerste kennismaking met het land van het legioen
Het verhaal waarvan wij hierbij de tweede aflevering publiceren, heeft zich lang geleden
afgespeeld, namelijk in de jaren tu'intig van deze eeuw. Het werd opgeschreven door de
heer J. Post, werkzaam op de bottelarij en hij maakte het mee, toen hij nog een zeer
jonge man was. Hoe ongelooflijk zijn verhaal ook moge schijnen, het is echt gebeurd en
wij hopen, dat ieder in ons bedrijf, die iets merkwaardigs heeft meegemaakt, zou willen
overwegen dit voor Het Spongat op te schrijven.
We kwamen met zestig man aan boord
van de boot, die ons, nieuwe legionnairs
naar Oran zou brengen. De trossen werden
losgesmeten en wij stonden met z'n allen
op het voordek te wuiven naar de soldaten
die ons naar boord hadden gebracht.
Toen de boot de haven uit was, ging ik
wat over het dek wandelen en kwam zo
bij de kombuis. Ik keek door het raam
en zag een oude man aardappels schillen
en groente schoonmaken, terwijl een andere
man de vaat deed. Deze wenkte mij en
ik ging naar binnen. Ik hielp met de vaat
en was tot 's avonds elf uur in de kombuis
bezig. Toen gingen de koks slapen en ik
kreeg een kussen en een deken en legde
mij op de tafel, waar ik spoedig in slaap
viel. De andere morgen om vijf uur wekte
een van de koks mij en ging ik de kachels
aanmaken en moest het ontbijt voor passa
giers en bemanning worden klaargemaakt:
brood en koffie. Ook die dag heb ik in
de kombuis gewerkt en na weer een nacht
op de tafel te hebben doorgebracht, was
ons doel bereikt en stoomde de boot om
vijf uur de haven van Oran binnen. Voor
ik van boord ging stopte de chef-kok mij
een briefje van vijftig franken toe: voor
RADIO-OPNAME IN DE
KOFFIEKAMER
Op donderdag 6 augustus was onze koffie
kamer van het hoofdkantoor herschapen in
een radiostudioeen ploeg van Radio
Luxemburg was reeds vroeg in de ochtend
verschenen om alles in gereedheid te bren
gen voor opnamen van de Omo Quiz
Quaz. Om even over half een, toen ver-
„Hoe heette de schrijfster van Jane Eire?"
Mevrouw B. van Zoeren-Mees uit Amers
foort „onder het mes"
baasd en geamuseerd rondkijkende kantoor
mensen zich opmaakten om hun lunch te
nuttigen, konden de opnamen beginnen.
Tweemaal werden er drie dames, uit ver
schillende delen van ons land, ondervraagd
en bij elke goed beantwoorde vraag steeg
het bedrag dat hun in het vooruitzicht
werd gesteld. Als ook de zesde vraag goed
beantwoord was, werden zij de bezitster
van een wasmachine. Het orkestje juichte
dan muzikaal en de Amstel-mensen ap
plaudisseerden.
De eerste drie dames droegen het hunne
bij tot een opname, welke op 11 septem
ber zal worden uitgezonden, het volgende
drietal zal op 18 september te beluisteren
zijn; beide keren om elf uur.
Het aantrekkelijke voor ons bedrijf was o.a.
hierin gelegen, dat bij de aankondiging de
plaats van opneming werd vermeld. De
genen die op de momenten van uitzending
thuis zijn en op Radio Luxemburg kunnen
afstemmen, zijn dan in de gelegenheid het
programma in zijn uiteindelijke vorm te
beluisteren.
„Het is een duurdere dag dan anders",
zeiden de heren van Omo, die na afloop
de gewonnen bedragen uitbetaalden en de
adressen noteerden voor toezending van de
wasmachines. „Vandaag zijn er twee was
machines gewonnen, meestal gaat er maar
één weg".
Zou dat aan de amosfeer van ons bedrijf
hebben gelegen?
16