Deze maand
Al zou u het soms niet zeggen: we gaan
op de zomer af. Op het moment dat we
dit schrijven heerst namelijk de lente. Met
een strengheid die ons de haren ten berge
doet rijzen, een verschijnsel dat men vaak
met de misleidende term kippevel pleegt
aan te duiden. Als u dit leest bestaat de
mogelijkheid dat uw vrouw juist van een
warme winterdag zit te genieten in de tuin.
Maar zo is het nu eenmaal met een blad als
dit: het is moeilijk om actueel te zijn.
Toch gaan wij op de zomer af. En dat be
tekent een grotere produktie met meer per
soneel. In de brouwerij hebben dan ook
reeds enkele tientallen jonge mannen hun
intrede gedaan, gehoor gevend aan de op
roep in de krant, waarin sprake was van
jeugdige arbeiders.
Wij heten hen van harte welkom in ons
midden en spreken de wens uit dat zij zich
in ons bedrijf spoedig thuis mogen voelen.
Enmogen zij lang jeugdig blijven.
Wij zeggen dat zo, omdat wij in dit ver
band iets tegen dat woord jeugdig hebben.
Een jongeman van 1519 jaar is jong.
Een man van 65 die elke zomer gaat kam
peren en nog graag een partijtje tafeltennis
meespeelt is jeugdig. Misschien zoeken wij
het wat ver, maar een jongeman hoeft niet
jeugdig te zijn, hoewel hij jong is.
Na deze taalkundige zijsprong terug naar
de brouwerij, waar nieuwe vergezichten zijn
geopend. Komend van de bottelarij name
lijk, ziet de toeschouwer hoe de sloop van
een oud gedeelte van de fabriek gestaag
vordert. Oude gewelven, met groot vakman
schap en geduld in 1871 gemetseld vallen
ten prooi aan pneumatisch gereedschap en
de mannen die dit werk verrichten hebben
minstens zoveel geduld en zeker zoveel
voorzichtigheid nodig om letterlijk brokken
te maken zonder dat dit in figuurlijke zin
gebeurt. Slopen is een kunst op zichzelf,
een vak dat daarom terecht aan specialisten
wordt overgelaten. De gewelven welke nu
bloot komen te liggen, werden in vroeger
jaren gebruikt voor de opslag van ijs, dat
in de winter uit de grachten werd gevist.
Het bleef dan goed bewaard tot de warme
dagen kwamen, want kunstmatig ijsmaken
was nog niet de sterkste zijde van de koel-
technici in die dagen.
Door plaatsgebrek moet het artikel in onze
serie over de grondstoffen die wij gebrui
ken helaas blijven overstaan tot een vol
gende keer.
De redactieraad wordt in elk nummer van
ons blad vermeld. Het is goed dat u weet
welke collega's verantwoordelijk zijn voor
de inhoud van ons aller Spongat. Het zijn
mejuffrouw H. A. Bosker en de heren A.
W. Albers, A. F. W. Kroon, G. Ch. Nieu-
wendijk, G. A. Poelenije, A. F. H. Smelt,
C. P. Verhaar, A. J. A. de Winter en R.
M. Wijdeveld.
Deze opsomming publiceren wij niet bij
wijze van bladvulling. Wij hopen ermee te
bereiken dat u deze personen zult weten te
vinden als u nieuws hebt voor Het Spongat.
Niet alleen als u zelf een bijdrage hebt ge
schreven of wilt schrijven, maar ook als u
een idee hebt voor een artikel (tje).
De redactieraad komt eenmaal per maand
bijeen en hoe meer de leden kunnen W'a
dragen tot de rondvraag des te prettigeS^
het. U kunt hen helpen en zij houden zich
aanbevolen.
1 april is voor een lid van de redactieraad
niet onopgemerkt voorbijgegaan. Hij belde
ons namelijk op met de vraag waar de ver
gadering van de redactieraad die dag zou
worden gehouden. Hij vertelde een briefje
te hebben gekregen met de mededeling dat
er vergadering zou zijn. Maar het was
1 april
Ons nieuwe oude autootje, de Ford, waar
van wij in ons vorige nummer een foto
hebben gepubliceerd, wekt allerwegen de
vertedering welke wij memoreerden. Wat
wij niet memoreerden: dat de heer L. Nie-
man, onze wagenmaker, de bak heeft ge
timmerd. En dat verzuim willen wij hier
mee herstellen, want de bak is bijzonder
fraai. Wij hopen dat de heer Nieman niet
boos is, want we hebben het echt niet met
opzet gedaan.
Uit een brief die de heer mr. A. M. Ben
ders kortgeleden schreef, vernamen wij.
dat hij ergens had gelezen, dat in Austr*^
of Amerika meer bier dan benzine wml
verkocht. De burgemeester van de stad
waar dit verschijnsel zich voordeed, ant
woordde op de vraag hoe dat kwam: „Het
smaakt zoveel beter".
Wij zijn blij dat de heer Benders niet
heeft vermeld wie die burgemeester was
en hoe de stad heette, want wij zouden
dan geneigd zijn die burgemeester te ver
zoeken ons mede te delen hoe hij dat te
weten is gekomen. Zet men zich in die
stad weieens om de tafel, burgemeester,
teneinde ernstig te bepalen of het bier
inderdaad beter smaakt dan benzine? Zo
iets als de twee-slokken-proef?
1
