Ons bolwerk in bet Oosten
Hengelo
een bloeiend bedrijf
In het oosten gaat de zon op. Die aloude gemeenplaats bleek maar al tezeer waar te zijn,
toen wij vanuit het grauwe noorden komende over 's heren wegen voortspoedden op weg
naar Hengelo om daar ten behoeve van ons Spongat natuurlijk de heer B. Vlas
kamp te ontmoetten, die ons door zijn bedrijf zou leiden.
Toen wij de nevelflarden bij Assen een
maal achter ons hadden gelaten werd het
steeds zonniger. In de auto begon het
warm te worden. Na een uur al hadden
wij onze overjassen op de achterbank ge-
gooid; weer een half uur later, lagen onze
colbertjes daar keurig naast gevouwen.
Tenslotte zijn wij Nederlanders keurig op
onze kleren.
Over de rit die zonnige morgen zouden
wij graag nog wat uitweiden; helaas heb
ben wij daarvoor niet genoeg plaatsruimte.
Wel willen wij hier nog aan toevoegen,
dat wij verbaasd stonden over zoveel
moois. Eigenlijk moeten wij tot onze
schaamte bekennen hadden wij dat ge
deelte van ons goede vaderland nooit eer
der gezien. Wij hadden daar spijt van en
namen ons vast voor om bij de eerst voor
komende gelegenheid die achterstand in te
halen en in ons oosten eens een paar „snip
perdagen" door te fladderen.
Goed dan.
Het zonnige Hengelo zag er fleurig uit,
ondanks de kille wind en de kale bomen.
Op het filiaal werden wij door de direc
teur, de heer B. Vlaskamp, allerhartelijkst
ontvangen. In gezelschap van de heer Ir. R.
van Marwijk-Kooij hebben wij de directeur
van ons filiaal in zijn ruime, efficiente
De heer B. Vlaskamp
16