2
AMSTEL-ECHO
VOOR MAN EN VROUW
Nog niet zo lang geleden hoorde ik eens de ver-
zuchtinn slaken, dat er in de Amstel-Echo toch
zo weinig voor de vrouw te lezen is. Nou ja, U
begrijpt me wel, er is natuurlijk genoeg te lezen,
maar eens iets echt „vrouwelijks". Zoiets is eigen
lijk niet te verwonderen. Er zijn maar weinig
mannen, die „echt vrouwelijke artikeltjes" kunnen
schrijven. Dat is vrouwenwerk!
Wij mannen kunnen natuurlijk het beste schrijven
over ons bedrijf, over onze sport of hoe we met
vrouw en kind de pas genoten vacantie hebben
doorgebacht. Maar over dat echt vrouwelijke, over
de mode van toilet en kapsel, over de prijs van het
brood, over de opvoeding van de kleuters, ja, dat
zijn vrouwen-zaken, ofschoon in het laatste geval
de man niet geheel „vrij-uit" gaat. Onze krant gaat
in een oplaag van 1100 exemplaren de deur uit, en
minstens zoveel maal wordt de Amstel-Echo ook
door vrouwen gelezen. Vrouwen van employé s,
moeders en verloofden. Aan ons bedrijf zijn boven
dien nog een niet onbelangrijk aantal vrouwen
werkzaam. Welnu, wie van de dames voelt er iets
voor een rubriek, speciaal voor de vrouw, te openen
of er regelmatig aan mede te werken. De redactie
staat er gaarne wat ruimte voor af. Kunt U er zo
ter zijde nog uw arbeid of de arbeid van uw man
bij halen, des te aantrekkelijker wordt het mis
schien.
Om te beginnen laten we hieronder een atikeltje
volgen, dat we warm aan onze lezende dames aan
bevelen.
„WAAR BLIJFT DAT GELD TOCH
„Ik kan met geen mogelijkheid meer uitkomen",
zucht mevrouw, „het geld vliegt de deur uit nog
voor ik het goed en wel binnen heb
Dat is in deze tijd een vaak gehoorde klacht. Maar
er is nu eenmaal een ijzeren wet, die zegt, dat men
moet uitkomen met het geld, dat elke week of elke
maand in het gezin binnenkomt. Aan die wet valt
niet te tornen en men kan ze ook niet ongestraft
overtreden. Want wie geen kans ziet de eindjes
aan elkaar te knopen, hoe moeilijk dat ook is, moet
op een bepaald moment schulden gaan maken. En
dan is het leed vaak niet meer te overzien. Want
op voorschotten en leningen kan men niet blijven
leven.
Daarom is het van het grootste belang, dat men
weet waar men met zijn geld blijft. Het is immers
al te dwaas, dat volwassen mensen niet zouden
weten waaraan hun geld precies wordt uitgegeven.
Toch is dit de allereerste voorwaarde om tot een
verantwoorde huishouding te komen. Als men tot
zijn eigen ongenoegen bemerkt, dat het bedrag,
dat per week of per maand binnenkomt, niet toe
reikend is, moet men gaan bezuinigen. Maar waar
op? En voor de beantwoording van deze vraag is
het nodig, dat men nauwkeurig kan nagaan wat
men met zijn geld doet. En dat is alleen maar
mogelijk indien alle uitgaven nauwkeurig genoteerd
worden in een huishoudboekje.
Een huishoudboekje is geen remedie tegen alle
financiële kwalen. Het feit alleen dat men een
huishoudboekje bijhoudt wil niet zeggen, dat men
zuinig leeft. Het is slechts een middel om tot een
verantwoorde huishouding te komen. Een huis
moeder, die reeds geruime tijd een huishoudboekje
bijhoudt, verzekerde ons, dat het voor haar van
groot nut is. „Ik heb er niet veel tijd voor", zo
zeide zij, „maar ga toch niet slapen voor ik alle
uitgaven opgeschreven heb. Zo heb ik leren zien
hoe ik kan besparen en op welk gebied. Ik krijg
soms wel eens hoofdpijn van het piekeren. Er is
zoveel nodig in een gezin met vijf kinderen. Maar
als ik niet precies op zou schrijven wat ik uitgeef,
zou ik helemaal geen raad weten."
Men zegt wel eens, dat de liefde de deur uitvliegt,
wanneer er een tekort is aan geld. Zo n vaart zal
het in de meeste gezinnen gelukkig wel niet lopen,
maar toch, zo geloven wij, vinden de meeste echte
lijke kibbelpartij tjes hun oorzaak in financiële
perikelen. Wij kennen zelfs echtparen, die het on-
derwep „huishoudgeld zoveel mogelijk vermijden,
omdat zij weten, dat de sfeer dan geprikkeld wordt.
„Wat doe je toch met al dat geld?", vraagt de heer
des huizes steeds weer aan zijn ega en als hij
dan een vaag antwoord krijgt, wordt zijn humeur er
niet beter op. Ook hier kan een nauwgezet bij
gewerkt huishoudboekje goede diensten bewijzen.
Eén blik in dit boekje is dan voldoende om te doen
zien waar „al dat geld blijft. En met het huis
houdboekje in de hand kan men dan samen een
oplossing voor het dringende financiële probleem
zoeken.
Nu kan het bijhouden van een huishoudboekje in
het begin wel eens bijzondere moeilijkheden met
zich brengen. Als na een week blijkt, dat er een
gulden over is, moet de heer des huizes daar na
tuurlijk niet uit opmaken, dat hij zijn vrouw voortaan
ook een gulden minder huishoudgeld behoeft te
geven. Dan is er de noodzaak, dat men pas na
enkele maanden zijn conclusies trekt, omdat ook
rekening gehouden moet worden met grotere uit
gaven, die periodiek terugkeren. Als men dan een
overschot, hoe klein ook. mocht hebben, moet men
dat geld sparen, naar de spaarbank brengen. Zelfs
al heeft men het de volgende maand weer nodig.
Want men moet etnaar blijven streven, om iets te
sparen.
Misschien vindt men deze regels te optimistisch.
Want zoëven hadden wij het nog over de moeilijk
heid om uit te komen met het huishoudgeld en nu
spreken wij over sparen. Maar moet niet iedereen
sparen? Als Pietje over drie maanden een nieuw
bedje nodig heeft dan moet daar immers geld voor
zijn. En op wonderen moet men niet rekenen
ezeltjes die geldstukken niezen, komen helaas alleen