AMSTEL-ECHO 5 wijzers weigerden, twee deurknoppen waren ver dwenen en nog meer in die richting. Ondertussen zat Toon te wroeten in de ingewan den van de motor, waar het ook al niet helemaal klopte, want het gehele spul werd bij elkaar ge houden door eindjes touw en ijzerdraad. M'n spul len lagen nu achter in de wagen en wij besloten direct maar te starten. Denk niet. dat dit zo een voudig ging. Toon zou gaan flotteren, zo noemde hij dat tenminste en als er dan binnen in de Ford iets begon te loeien moest hij vlug achter het stuur springen, gas geven en op dat moment moest ik uit volle kracht een trap tegen het rechterachterwiel geven (vooral niet tegen het linker), dan zou het geval rijden. Nu bleek dat geen holle praat te zijn, want inderdaad kwamen wij op deze wijze weg en nadat de buren zich weer in hun slaapkamers hadden teruggetrokken en misschien wel gedacht zullen hebben, „de buurman is dronken", reden wij licht bezweet de straat uit en de Overtoom op. Daar de motor meer warmte uitstraalde dan nor maal was, zette ik m'n hoed af en deponeerde die onder m'n zitplaats. ..Wat doe je nou weer," schreeuwde Toon. Hij had n.I. door het spiegeltje boven z'n hoofd m'n hoofddeksel op straat zien liggen. Er zat n.I. geen bodem onder de zitbank. Uitstappen, flotteren en een trap tegen het achterwiel en rijden maar weer. Ik moest weer hard meelopen om zo in de rijdende auto te springen, maar nu weigerde de rechter- deur weer open te gaan en was ik verplicht de wa gen voorbij te lopen om aan de linkerkant naar binnen te wippen, waardoor ik over de rug van Toon moest klimmen. Zo waren wij dan op weg naar de pont over het IJ, maar besloten toch eerst maar benzine in te gaan nemen om nieuwe pech te voorkomen. Wij reden de Park-garage binnen en als grootgrondbezitters gaven wij met een duimbe- weging aan de garagehouder te kennen dat hij de Ford vol moest pompen. Voor geen prijs wilden wij uitstappen om alle mogelijke kritiek van deze man op te vangen. Uitstappen zouden wij alleen doen bij het starten. Toen wij zo op ons gemak een dagindeling zaten te maken en de route uitstippelden welke wij zou den rijden, bleek het achter niet zo erg vlot te verlopen, want na zeker een kwartier wachten kwam de man, met een hoofd zo rood als een biet ons vertellen, dat hij nergens de toevoerbuis kon ontdekken naar de benzinetank. Wij mompelden zoiets van mensen die hun vak niet verstaan en kropen de wagen uit om de man even aan z'n verstand te brengen waar hij kijken moest. Maar ook wij hadden een kwartier nodig om te vinden wat wij zochten, want je kon onmogelijk bij die tuit komen zonder een kist te demonteren, die ach ter op de Ford geschroefd zat. Ik verzeker U, dat de start dit keer bijzonder vlot verliep, want de Ford werd letterlijk de garage uitgeschopt, zo woest was de garagehouder. Nu reden wij in één ruk door naar het IJ, waar natuurlijk net de pont voor onze neus vertrok. Wachten dus, maar geen motor afzetten om straks zo snel mogelijk weer weg te kunnen komen. Toen het zover was, dat een agent ons het sein gaf de volgende pont op te rijden, sloeg de motor echter af. Dit was helemaal niet naar de zin van de bestuurder van een grote veewagen, die achter ons stond en toen hij dan ook zag dat wij niet van onze plaats af konden komen, besloot hij dan ook ongevraagd ons maar even de pont op te duwen. Ik was er echter beslist van overtuigd dat ons Fordje de aanraking met zo n kolos niet zou overleven en toen hij ons dan ook harder beukte dan mijns inziens noodzakelijk was, kraakte er iets in de zoldering boven m'n hoofd en kwam er een stuk hout naar 'beneden, juist op m'n achterhoofd, waar terstond een grote bult kwam opzetten. Maar wij stonden op de pont en gaven de chauffeur van de veewagen toch maar een paar sigaretten, want het was een boom van een kerel, met het verzoek ons ook weer de pont af te wer ken, met alle risico's daaraan verbonden. Dat deed de man dan ook en zo stonden wij aan de andere kant van het IJ, maar wat zich daar afgespeeld heeft zou ik LI in een volgende editie moeten ver halen, want daarvoor heb ik, ruw geschat, 1500 woorden nodig. C. Wolffgramm (Bekroonde inzending) Mach. Boekhouding. 29 cf-uni a.ó "Gen belangrijke dag IUBILEUMFÖNDS voor het fabriekspersonkel VAN DE AMSTEL BROUWERIJ De ondergetekenden, leden van de kascontrole voor het jaar 1951 verklaren hiermede, dat zij boeken en bescheiden van het fonds hebben gecontroleerd en in orde hebben bevonden. W. KOOLBERGEN J. MULLER Ingevolge de artikelen 10 en 13 van het reglement worden de Jeden van. de kascontrole slechts voor één jaar gekozen en moet langs schriftelijke weg in de vacature van de aftreden den worden voorzien. Het bestuur verzoekt dan ook can- didaten voor twee kascontrole-leden voor het jaar 1952. Opgave schriftelijk in te dienen aan de secretaris F Ruiten beek. Uit de practijk is gebleken, dat dringend behoefte is aan plaatsvervangende bestuursleden. Candidaten voor de functies van 2e Voorzitter, 2e Secretaris en 2e Penningmeester worden dan ook verzocht zich schrif telijk of persoonlijk tot het bestuur te wenden. 1 Februari 1952 Het Bestuur, G. OORT, Voorzitter F. RUITENBEEK, Secretaris G. v. t LAM, Penningmeester

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Echo | 1952 | | pagina 5