9T[et '''Ytlack 56 o.
t
4
AMSTEL-ECHO
De weg terug
Na ons afscheid van Rome gevierd te hebben in
een heerlijke omgeving in de buitenwijk St. Callis-
tico, arriveren we dan voor de laatste maal op
Monte Mario, het punt vanwaar wij de reis terug
zullen aanvangen. Het eerste deel van de terug
reis zou gaan over een afstand van ongeveer 595
km tot' Rapallo. Een afstand die op normale wegen
en zonder stoppen in plm. 13 uur volbracht zou
kunnen zijn.
Onder de huidige omstandigheden van zeer grote
hitte en moeilijke bergwegen betekende dit dus een
monsterrit en inderdaad was dit dan ook zo. De
eerste uren reden we in de nacht langs de Mid
dellandse Zeekust en vanwege de duisternis kre
gen we niet veel te zien. s Morgens genoten we
van het opkomen van de zon en haar van violet tot
rood-gouden stralen toverden een prachtig verge
zicht op de spiegelgladde blauwe zee. Schepen
waren er niet te zien en de kustlijn werd herhaal
delijk onderbroken door ver in zee uitspringende
rotspunten. Na een rit van ongeveer een uur of
acht bereikten we Grosseto, de eerste stad waar
het normale leven weer zijn loop nam. We zijn
daar voor het eerst na ons vertrek uit Monte Mario
wat gaan eten en drinken, hetgeen ons zeer wel
kom was na zo n zware rit. De neiging daartoe
was er wel eerder geweest, maar de dorpjes en
stadjes die we passeerden waren nog gehuld in de
stilte van de nacht en vroege ochtend. Bovendien
was het Zondag en dan blijven de mensen ook
hier wat langer in bed. En voor de rest was het
aan de ene zijde de zee en aan de andere rotsen
en bergen. Na Grosseto ontmoetten we meer af
wisseling en op de volgende 40 km passeerden we
meer dorpjes en stadjes dan op de eerste 180 km
na Rome.
Livorno is een zeer mooie stad, gelegen aan de zee
en een groot strand biedt gelegenheid te over om
bruin te bakken. Pisa hadden we uitverkoren als
volgende pleisterplaats. Ons voornemen om een
foto te maken van de bekende scheve toren met
onze Mack er voor, viel jammer genoeg in duigen.
We konden er niet komen, omdat het niet was
toegestaan over de smalle bruggetjes de stad te
bereiken en een andere weg er naar toe met onze
Mack was er niet. Dan maar zonder wagen. We
hebben daar heel wat zaken moeten aflopen om aan
gedestilleerd water te komen, dad we nodig hadden
voor de accu's. Bij een electricien slaagden we daar
eindelijk in en na de accu's van het voor hen zo
onontbeerlijke levenssap te hebben voorzien, gin
gen we op weg naar La Spezia. We hebben toen
de weg langs de kust verlaten en volgden een
route ongeveer 5 km landinwaarts, waardoor we
genoten van de prachtige aanblik, die palmbomen
en cacteeën ons boden. Temidden van deze heerlijke
rust hebben we een tijdje buiten de wagen op een
oor gelegen. Het was dan ook brandend heet en
er was geen verkeer op de wegen.
Na onze rust zijn we weer vol goede moed op
pad gegaan, want we hadden nog een hele afstand
voor de boeg vooraleer Rapallo zou zijn bereikt.
Tenminste 100 km met wat zware bergen en het
begon al aardig laat te worden. Toch wilden we
nog graag wat van Rapallo zien, want dit was
volgens het reisschema de meest luxueuse bad
plaats langs de gehele zeeroute. En inderdaad. In
de verte zagen we al de ontelbare lichten van Ra
pallo, gelegen aan de voet van een berg en be
grensd door de blauwe zee. Toen we arriveerden
stonden de Pelgrimvaarders reeds op ons te wach
ten en we waren vlug van onze vracht bevrijd.
Tot onze verrassing werden we ook opgewacht
door de vertegenwoordiger van onze brouwerij in
Genua, de heer Parodi. Deze keek wel een beetje
op zijn neus, toen hij twee, van stof en zweet
zwarte mannen uit de cabine van de Mack zag
stappen. Hij verwachtte nl. de heren Peters en
Gruythuysen en niet Petrus en Gruythuysen.
Enfin, het misverstand was gauw opgehelderd en
nadat wij ons weer wat toonbaar hadden gemaakt,
nodigde hij ons uit voor een heerlijk diner in res
taurant La Pergola. We hebben het ons daar
goed laten smaken en het opmerkelijke was, dat
in dit restaurant geen Amstelbier verkrijgbaar was.
Onze vertegenwoordiger, de heer Parodi, zorgde er
echter voor dat er binnen een kwartier een doos
Exportbier aanwezig was, die in minimum van
tijd werd leeg gemaakt door de talrijke Neder
landers die er eveneens waren en het Amstelbier
prefereerden boven het Italiaanse moutbier. Met
de heer Parodi zijn we toen nog de stad ingegaan
om verschillende mooie punten te bezoeken en het
was al bijna middernacht toen de heer Parodi af
scheid van ons nam en met de laatste trein naar
Genua terugkeerde. Wij maakten van de gelegen
heid eveneens gebruik ons bed op te zoeken, om de
volgende dag weer fit aan de start te kunnen ver
schijnen. Dat zou dan worden Rapallo-Nice. Men
verzekerde ons, dat wij op deze route, eveneens
langs de Middellandse Zeekust, hoe verder we
door
H. GRU^Hl
Alassio