4
AMSTEL-ECHO
BOCKBIERFEEST 1950.
Jammer, dat Pluvus geen bierdrinker is, anders
zou hij op de eerste December de voor bier
drinkers zo belangrijke datum de aarde waar
schijnlijk niet met zijn regenstriemen hebben ge
geseld. Maar hoe dan ook, regen of geen regen,
de reeds lang van te voren aangekondigde Bock
bieroptocht, georganiseerd door het Comité Rem-
brandtkwartier en waaraan de Amsterdamse
bierbrouwerijen hun medewerking zouden ver
lenen, moest doorgang vinden. En het ging dan
ook door. Van zeven uur af had de politie reeds
maatregelen genomen om de plaats waar de stoet
zich zou opstellen, vrij te houden van auto's en
andere voertuigen en toen dan om half acht de
eerste deelnemende wagen zich op het Thorbecke-
plein meldde, zagen we vele bekende persoonlijk
heden op brouwerij- en café-gebied. We zagen
Jhr. Six van Hillegom in druk gesprek met de heer
Frits Schiller, de heren Verharen en Klark met de
heer Jansen (U weet wel dé reclame-god van het
Centraal Brouwerij Kantoor en de man van ,,het
bier is weer bok"), we zagen de secretaris van
het organiserende comité in gesprek met de al
gehele leider van de optocht, de heer Staats, die
met hoge hoed en reusachtige paraplu de indruk
maakte Cambrinus zelf te zijn, een indruk, die
later toen hij een der levende bokken beklom
nog werd verstevigd.
En onderwijl bleef Pluvius maar doorplensen,
ondanks de vele verzuchtingen en schietgebedjes
om droog weer en toen dan ook de optocht zich
om pl.m. 8 uur in beweging stelde, voorafgegaan
door bereden politie en het muziekkorps van de
Amsterdamse Tramharmonie, spoog hij evenveel
water in de hoempa's van boven, als de blazende
trammelanten van onderen.
En dan zien we een fleurige en vrolijke stoet aan
ons voorbijgaan.
Vlak achter het dapper blazende korps zien we
Cambrinus (volgens de Duitse studententaal de
god van het bier; volgens onze zuiderburen Jan I
of Jan Primus, later verbasterd tot Cambrinus)
gezeten op een met kransen versierde luxe-auto.
Wanneer uw verslaggever goed is ingelicht, dan
had het aanvankelijk in de bedoeling gelegen deze
carnavaleske figuur, van ongeveer drie en een
halve meter hoogte, te laten lopen, hetgeen echter
door het slechte weer niet mogelijk bleek. Geflan
keerd door vier pages met bokkekoppen, zat deze
Godheid onbewogen voor het slechte weer
voor zich uit te staren, zonder maar één poging
tot knipogen naar de aardige Amsterdamse meisjes,
die regen en wind trotseerden om deze optocht
te zien. Bleken zij zich in Cambrinus dus vergist
te hebben, bij de vlak achter hem komende
Reuzen-bok op vier forse mannenbenen hadden
ze meer succes. Deze bok van vier bij twee meter,
of juister gezegd, paard met bokkekop en daarom
dus een zeldzaamheid in de dierenwereld, alsmede
de hem ter zijde staande vier kleinere bokken op
twee mannenbenen, zorgden voor de vrolijke noot
en oogstten dan ook veel succes bij de helaas
niet te talrijk opgekomen schare langs de weg.
Dan volgen twee met electrisch licht, sparregroen
en gekleurde linten versierde brouwerskarren, ge
trokken door eveneens feestelijk opgetuigde paar
den van de H.B.M. en de Amstel.
Achter deze wagens zien we dan een deel van
Artis' levende have. Geleid door echte brouwers
passeren prachtige Steenbokken, die door hun
natuurlijke bewegingen demonstreren, hoe koppig
men wordt van het Bockbier-drinken. Niet dat
deze bokken van te voren volgegoten waren met
bier! O neen, daartoe zal men de moed gemist
hebben, tenzij men van te voren de neusgaten met
geweekte bierviltjes had dichtgestopt! Drie dagen
na de optocht was de route zelfs voor iemand
met een slecht reukorgaan nog precies te
volgen.
Achter deze levende reclame die veel bijval
oogstte volgen wederom twee versierde brou
werskarren, die evenals de andere wagens het
kostelijke Bockbier met zich voeren. Bockbier,
waaraan deze gehele optocht was gewijd!
Dan volgt een praalwagen van het Rembrandt-
kwartier, waarop een voorstelling van alles wat
er zo op het plein te beleven valt. Het schilders
palet van Rembrandt prijkt er evengoed naast het
belegde-broodje-met-vlees, als de wetten van
I horbecke met hun strenge bepalingen, naast het
café-chantant, waar het mondaine en uitgaande
publiek van Nederland even verademing vindt in
het jachtige en spannende leven van alledag.
Dan volgt weer een muziekkorps. Een muziek
korps uit Den Bosch, dat de gekke naam van
,,De Kikvorsen" draagt. Trouwens, het is hele
maal een gek korps. Dit muziekgezelschap, be
staande uit ongeveer dertig blazers en trommel
slagers, is geheel ingesteld op de leutigheid en is
een bekende verschijning op de carnavals in
Oeteldonk en het overige zuiden van ons land.
Niet meer dan 5 a 6 man die werkelijke blaas
instrumenten bespelen. De rest blaast op instru
menten vantriplex! Triplex trompetten, triplex
schuiftrombones, triplex' bastuba's U weet wel
van die grote hoempa's achter in de stoet, waar
een blazer geheel in verward geraakt. Enfin,
noemt U maar op. Alles van triplex, mooi beschil
derd, net echt. Instrumenten van hout waarop een
metalen fluitje is gemonteerd dat een geluid voort
brengt als van een mirleton. De grote en de
kleine trom, evenals de bekkens waren echt.
Ondanks dit houten gedoe, wisten de Kikvorsen
een behoorlijk geluidsvolume te produceren en
overal waar deze kikkers voorbij marcheerden,
oogstten zij luid applaus en waren de lachsalvo's
niet van de lucht.