2 AMSTEL-ECHO IN MEMORIAM J. J. SLIGTING Slechts melden heeft het overlijden van een onzer medewerkers zo'n ver slagenheid te weeg gebracht als het plotseling heengaan van de heer I Shgtmg toen het bericht van zijn verscheiden ons op Zaterdagmorgen27 Mei jl. bereikte. Ruim 31 jaar heeft de heer Sligting zich met volle toewijding van zijn persoon, zich van zijn taak bij onze technische dienst gekweten. Door de wijze waarop hij dit deed, verwierf hij de achting en sympathie van al.en, die met hem in aanraking kwamen. Een goed vriend en een goed mens is van ons heengegaan. Hij ruste in vrede. Verspoor. ALS HET BIER EN HET WEER WEER BEST ZIJN Ja. dan kan het gebeuren, dat zelfs de bedrijfs leiding van een Amstel Brouwerij min of meer met de handen in het haar zit. Zo was het dan ook enigszins in de week van eind Mei/begin Juni. Wat was namelijk het geval. Ons zeer geacht publiek bierdrinkers haalde het in die warme da gen ineens in hun hoofd om in plaats van 30 cL.- flesjes, pullen te vragen. Om dan een nog splinter nieuwe bottelmachine om te schakelen van kleine flessen op pullen, dat is een risico, dat men bij dergelijke warme dagen niet mag nemen. Men schafte raad en het resultaat was, dat er een be roep op het kantoorpersoneel werd gedaan om vrijwillig een nacht in de fabriek te werken. Och, wie kan dan weigeren, temeer wanneer één der directie-leden in eigen persoon zulks komt vragen. Trouwens er zal wel niemand onder ons zijn, die het niet als zijn plicht beschouwt onder die om standigheden zijn volle medewerking te verlenen. Twee ploegen van elk circa 12 man konden wor den gevormd. Over de eerste nacht weet ik niets te vertellen, want ik was de tweede nacht aan de beurt. Des morgens na hun nachtelijk avontuur werden de leden van ploeg I door die van ploeg II als het ware geïnterviewd. Zo er nog collega's waren, die het hele geval niet zo zwaar tilden, dan wer den die „met veel tact" door de Heren van ploeg I tot andere gedachten gebracht. Wij konden eigenlijk niet anders verwachten, want ze zagen er een beetje gekraakt uit. Toch zonk ons de moed niet geheel in dg schoenen. Enfin, om kort te gaan, toen wij om 7.45 uur n.m. in de bottelarij arriveerden, stond de baas ons al op te wachten. Wij werden met open armen ont vangen en van weerszijden klonk een hartelijk welkom. Op dat moment ging er toch een tinteling door je heen, zoiets van: „Toch fijn, dat je ook op deze wijze eens wat voor de brouwerij kunt doen In het kantoor van de baas was qelegen- -heid om je te verkleden. In no time stond het hele stel in zijn interlockje: men blaakte van ijver om aan de slag te gaan. Een stapel overalls. Gegrab- bel. Ik trok maat 56. Ik vroeg aan een maat, die een kop groter is dan ik, welke maat hij had. „50" was zijn antwoord en ik kon met een gerust ge weten afstand doen van no. 56. Ik kon nog een maat 50 bemachtigen. Wij staken ons in de over all, mouwen werden opgerold dat staat stoer en... ik moest mijn broekspijpen 4 a 5 maal omslaan om er geen last van te hebben. Toch deed het me goed te zien, dat ook anderen het zelfde moesten doen, zij het niet zo vaak als ik. Wij be gaven ons naar het gevechtsterrein. Onder het lopen kreeg ik zo het gevoel, dat ik in een jurk liep, want de pijpen hingen in wijde plooien gedra peerd om mijn benen. Erg ongemakkelijk ove rigens. Dat ondervond ik later bij het kisten stapelen op de plateaux. Wat een handicap! Bij iedere stap van de grond op het plateau moest ik de broek wat optrekken en ik deed dat zeker niet minder elegant, als de juffrouw, die met een wat lange rok op de tram stapt. Na ontvangen instruc ties gingen wij aan het werk. Gedurende het eerste half uur werden er nog wel wat grappen verkocht, maar al spoedig werd men minder spraakzaam. Men werd volkomen in beslag genomen door het tempo, dat door de machines wordt aangegeven. Ik zag mijn collega s bij de etiketteermachines en de pasteuriseerbakken swingen alsof het hun da gelijks werk was. Is zo'n bak vol met flessen dan wordt er weer een lege bak voorgedraaid en voor dat deze tot stilstand was gebracht, zag je de drie swingers met een ware moed der wanhoop zich weer op hun prooi werpen: de bierflesjes. Die flessen zie je als soldaten met een beangstigende regelmaat ergens uit de verte op je afkomen! Het lijkt wel een legioen en er komt nooit een eind aan. Tegen al die soldaten moet je je verdedigen. De beste verdediging is de aanval en daarom greep je ze, voordat ze nog tot stilstand kwamen en oordat ze zich in slagorde konden opstellen, om hun hals, soms met 5 of 6 tegelijk (maar dan was je een kei). In weerwil van de raad om geen 6®

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Echo | 1950 | | pagina 2