Januari/Februari 1950 No. 6 Niet-periodiek verschijnend blad voor de geëmployeerden van de AMSTEL BROUWERIJ N.V. Redactie: Mr. J. C. Bossard en J. Beekman Redactie-Adres: J. Beekman, Expeditie-Afdeling, Amsterdam KENT U HEW Natuurlijk, want vandaag hebt U hem nog ge sproken. Weet U wel, de man, die op duizend en één dingen critiek uitoefent? O neen, hij is geen bcroepsmopperaar (om geen lelijker woord te ge bruiken). Integendeel, want daarvoor gaat hij te joviaal met allen om. Hij is meer de betweter, die boordevol aanmerkingen zit. Nu eens is het een mededeling van directie of bedrijfsleiding, betref fende een noodzakelijk geworden maatregel, welke genomen moest worden, dan weer een voorstel, dat uit de kring van zijn bedrijfsgenoten was op gekomen, welke aan een uiterst critische beschou wing van onze betweter worden onderworpen. Maar hij blijft altijd de man op de achtergrond; het nemen van risico's ligt niet in zijn aard. Na tuurlijk heeft hij een bepaalde bedoeling met zijn, doorgaans laatdunkende, bemerkingen. Gebrek aan eigenwaarde, maar toch in zich dragend een zekere ijdelheid, doet hem naar middelen omzien, om ,,op te vallen' Hij is niet gevaarlijk, althans behoeft het niet te zijn, want geenszins is het zijn bedoeling om anderen te benadelen. Hij is in zekere zin een egoïst, die U en mij van zijn voor treffelijke kwaliteiten wil overtuigen. Daarom spreekt en handelt hij in het negatieve. Construc tief kan hij nooit zijn, omdat hij daarvoor persoon lijkheid mist. Herkent U hem nu? Ja, hij schijnt de eeuwige nurks, die met een hautain glimlachje van elk ini tiatief kennis neemt, om dan later zijn zure opmer kingen hier en daar, waar hij verwacht, dat zij niet zonder succes zullen blijven, te plaatsen. Dan is het eerste zaad tot wrevel gestrooid. Er zijn er, die direct onze criticaster bijvallen. Veelal zijn het diegenen, die gespeend zijn van een eigen mening en dankbaar zijn opvatting, zijn opinie tot de hunne maken. Maar ook dat is nog niet zo gevaarlijk; werkelijk gevaarlijk kan het worden, wanneer de categorie ontevredenen kennis nemen van de o zo onschuldig lijkende critische opmerkingen. En toch is het niet de opzet geweest van onze cynicus om bij die malcontenten vaste voet te krijgen. Er schuilt voor hem geen enkel persoonlijk voordeel in, om van die kant bijval te krijgen; daarvoor moet hij te veel op de achtergrond blijven. Maar de critiek, van afbrekend karakter, doet haar werk. De plannenmakers in 't bedrijf, die trachten de onderlinge geest te verbeteren, voelen zich in hun enthousiasme geremd. Vrijwillig hebben zij een bepaalde taak, welke b.v. ligt op het terrein van de ontspanning, op zich genomen. Veel vragen zij er niet tegenover. Maar afbrekende critiek is de grootste teleurstelling welke zij bij al hun pogen kunnen ondervinden. Zij vragen alleen be grip en als het kan, daadwerkelijke belangstelling. Critiek? Uitstekend, maar dan openhartig en opbouwend. Maar de onredelijke criticasters onder ons hebben geen kans, wanneer we ze flink van repliek dienen. Desnoods ze met zachte dwang dwingen om voor het voetlicht te treden. Dat kan ons dan allemaal ten goede komen. Zelfs ook onze nurks, die zal gaan begrijpen, dat hij volkomen op de verkeerde weg is. Voor hem ligt er de kans zijn critische geest een meer positieve inslag te geven, waarvan zeer velen in de arbeidsgemeenschap kunnen profiteren. 2e Jaargang

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Echo | 1950 | | pagina 1