6
AMSTEL-ECHO
de weken vóór Meiavond gaan onder de Valken-
burgse Jonkheid de gedachten weer zo uit naar
de sensatie en romantiek dezer roversbende, dat
zij zich als het ware daarmede vereenzelvigd voe
len. Dat deze hedendaagse Bokkenrijders in die
dagen menig biertje verschalken behoeft haast niet
gememoreerd te worden. Zoals ongeveer de Bok
kenrijders in het Zuiden van Limburg, zijn de leden
van de Geitenclub in het noordelijk gedeelte van
Limburg. De leden van de Geitenclub omhingen
zich vooral de voorzitter, secretaris en penning
meester met de nog bloedige vellen van pasge-
slachte geiten, wanneer op 23 Januari de St. Tun-
niskermis te Broekhuizervorst met een maaltijd
werd besloten. Deze maaltijd werd een dorpsmaal
tijd waaraan elke dorpeling kon deelnemen tegen
betaling van 25 cent. In 1935 bracht de jonkheid
aan kwartjes een bedrag van 15.bijeen, waar
voor toen drie vette geiten werden aangekocht.
Der traditie getrouw schonk een brouwerij in de
buurt een vat bier van 50 liter, zodat men toen zijn
natje en zijn droogje op het geitenmaal in ruime
overvloed kon krijgen. De stemming zat er onder
de jongelui duchtig in en het was een rumoerig
uurtje, waarin menig glaasje donkerbruin Geiten
bier'' vooruit geplengd werd op het welslagen van
de grote maaltijd, waaraan wel 80 tot 100 dorpelin
gen zouden deelnemen. Voortdurend klaterde de
lach op van de feestvierende jongens en ook oude
ren werden aangestoken door de uitbundige vreug
de. Ook groepen „schoen mèdjes die elkaar in
lange slierten vasthielden, bevolkten de binnen
plaats van het Zwaantje, het café waar de bier
en geitenorgie plaats vond.
Wat het Meibier betekende voor het Zuiden, was
het ..Hooibier'' voor het Noorden van ons land.
Vooral in Groningen bleef dit zeer populair tot
omstreeks 1930. Tot dat jaar was de hooibierbrou-
werij in het dorpje Den Hoorn wijd vermaard in
het hele Westerkwartier. Ook in Utrecht had een
bierbrouwerij zich het monopolie verworven van
het Stichtse Hooibier. De aflevering er van ge
schiedde steeds in de maand Mei, ongeveer drie
weken voor de maaitijd, in dunne Hollandse fusten
van ongeveer 40 liter. Door de in 1929 ontstane
landbouwcrisis en malaise werd de productie van
het hooibier het Groningse zowel als het
Utrechtse geheel stop gezet. Jammer, want daar
door weerklonk nimmer meer het eens zo populaire
hooibierlied, dat bij het inhalen van de laatste wa
gende vrolijkheid deed culmineren in het refrein:
De wumpel, de strumpel, de kanne bier,
Die hebben we hier tot ons plezier.
Ofschoon we lang niet alles hebben weergegeven,
en dat met het oog op de beschikbare ruimte, wat
hierover te lezen valt in het boek „Volk van Ne
derland", kunnen we gerust aannemen, dat bier
een belangrijke rol heeft gespeeld en nog speelt bij
geboorte en doop, bij bruiloften en begrafenissen,
bij herdenkingen en vereringen van Heiligen, bij
het voortzetten van oeroude gebruiken, kortom: in
onze Nederlandse Folklore.
HET GEMISTE SINT NICOLAASFEEST
Misschien hebben velen zich afgevraagd waarom er
dit jaar geen Sint Nicolaasfeest voor de kinderen
is geweest. Het antwoord op deze vraag luidt: Om
dat er niet voldoende belangstelling onder het per
soneel bleek te zijn voor het maken van de ge
schenken en het organiseren van het feest.
Ook al zal voor een dergelijk feest een financiële
bijdrage van de Directie nodig zijn om het te
doen slagen, toch zal het initiatief van het perso
neel moeten uitgaan. Daaruit blijkt immers dat men
niet alleen voor elkaar, maar ook voor eikaars
kinderen wat over heeft! Zonder deze instelling is
een Kinderfeest onmogelijk. Nu weten we uit de
ervaring van de laatste twee jaren, dat er verschei-
denen onder ons zijn, die getoond hebben zelfs
zeer veel voor de kinderen van hun collega's over te
hebben. Hun enthousiasme bekoelt echter, als
blijkt, dat er uit de velen, dit nog niet meededen,
geen nieuwe krachten naar voren komen om hen
behulpzaam te zijn.
Laten wij daarom hopen, dat het volgend jaar oude
en nieuwe krachten tezamen zullen zorgen voor een
feestelijke Sinterklaas-viering voor de Amstel-kin-
deren. H. A. Bosker.
Copie voor dit blad moet uiterlijk op de 15e
van iedere maand in ons bezit zijn Red.
Naar gegevens van Dr. P. W. J. v. d. Berg en D. J. v. d.
Ven „Volksgebruiken en Volksfeesten voorkomende in het
boek „Volk van Nederland" van Prof. Dr. J. de Vries en uit
gegeven bij „Elsevier" te Amsterdam.
De Geitenclub