4
AMSTEL-ECHO
OVER BIER EN JENEVER
Enkele weken geleden werd in de kranten mee
gedeeld, dat de rantsoenering van gedistilleerd
was opgeheven en sedertdien hebben de slijterijen
niet nagelaten ons duidelijk te maken, dat ze de
klantenkaarten overboord gezet" hebben en ieder
een weer volop kan krijgen wat hij hebben wil.
Nu het de laatste tijd niet zo hard gaat met de
bierverkoop, zal men zich dan ook kunnen afvra
gen, of deze ruimere mogelijkheid om sterke drank
te kopen geen nadelige invloed zal hebben op de
bieromzet.
Om deze vraag te kunnen beantwoorden is het
nuttig eens na te gaan, wat voor uitwerking op
heffing van de rantsoenering op de verkoop van
een artikel heeft.
Tot dusver zijn er nog maar enkele oorspronke
lijk gedistribueerde artikelen „van de bon af" en
van die weinige zijn er maar twee, waarover ver
koopcijfers beschikbaar zijn, n.l. schoenen en melk.
De schoenendistributie werd op 7 Mei j.l. opge
heven en sindsdien kan ieder zoveel schoenen
kopen als hij nodig meent te hebben (en betalen
kan)
Het indexcijfer van de in de zelfstandige klein
handel (dus in de gewone schoenwinkels) per
maand verkochte aantallen paren schoenen ver
toont het volgende verloop:
Maart '48 91 Juli 106
April 86 Augustus 77
Mei 131 September 87
Juni 95
Wat nu het begrip „indexcijfer" inhoudt, kan
misschien later wel eens worden besproken. Ook
zonder dat men precies weet, wat het omvat, is
uit deze cijfers duidelijk te zien, dat in de maand
Mei, toen de schoenenbonnen van het tapijt ver
dwenen, bizonder veel schoenen werden ver
kocht, d.w.z. dat velen van de gelegenheid ter
stond gebruik maakten, blij, hun oude stappers
eindelijk te kunnen afdanken. Maar de volgende
maand was in de behoefte al grotendeels voorzien
en de omzet teruggevallen tot een peil, slechts
weinig hoger dan vóór de opheffing van de rant
soenering.
Vóór de beëindiging van de schoenendistributie
hoorde men vaak, dat de fabrikanten de pakhui
zen vol schoenen zouden hebben liggen, die niet
verkocht konden worden, omdat de bonnen de
verkoop belemmerden. Het „vrij" worden van de
schoenen heeft dan, dat is uit de omzetcijfers wel
te zien, de pakhuisplanken weinig lichter gemaakt.
Van het standpunt van producent en handelaar
beschouwd heeft het verdwijnen van de schoe
nenbonnen dus weinig verbetering gebracht; een
duurzame omzetvergroting is er niet op gevolgd.
Hoe is het met de melk gegaan?
In April en in Mei 1948 werden de melkrant-
soenen verhoogd en op 1 Juli ging de melk van
de bon.
In totaal werd in ons land aan volle en gestan
daardiseerde melk verbruikt:
Mei '48 126.000 ton Augustus 143.000 ton
Juni 129.000 Sept. 138.000
Juli 143.000
Hier heeft dus inderdaad de opheffing van de
rantsoenering een vergroting van het verbruik
teweeggebracht. Evenwel dient in aanmerking te
worden genomen, dat consumptiemelk, daar is het
een drank voor, min of meer onderhevig zal zijn
aan de invloed van het seizoen: zomers wordt
méér melk verbruikt dan in het koele jaargetijde.
Het laat zich dan ook aanzien (de periode waar
over cijfers beschikbaar zijn, is nog vrij kort), dat
het verbruik van melk, over een vol jaar gere
kend, door de opheffing van de melkrantsoene-
ring niet duurzaam is vergroot.
Uit deze beide voorbeelden kan men, dat lijkt niet
zo héél gewaagd, wel concluderen, dat het vrij
verkrijgbaar stellen van vóórdien gerantsoeneerde
artikelen in de meeste gevallen niet zal leiden tot
belangrijke omzetstijgingen.
Er is echter nog een andere kant aan dit pro
bleem, n.l. deze, dat de rantsoenering van een
schaars artikel in sommige gevallen leidt tot ver
groting naar de vraag van dat artikel.
Een aardig staaltje van deze merkwaardige regel
hebben de brouwerij-employé's zelf ondervonden.
In de tijden, gedurende en kort na de oorlog, dat
bier, en vooral flessenbier danig schaars was,
werden ze voortdurend aangeklampt door „rela
ties", die 'n huiselijk feest zouden vieren en daar
voor dringend behoefte hadden aan een kistje
bier
En al was de behoefte voor zo n avond misschien
maar 6 of 10 flesjes, men nam er graag een hele
kist van (want minder kon de kennis-van-de-
brouwerij niet „verzorgen").
Diezelfde lieden vieren nóg hun verjaardag, maar
halen ze daarvoor nog een hele kist in huis?
Welnee, de meesten halen een paar flesjes in de
winkel, en als het een maand later hun beurt is
om de kaartavond thuis te hebben, dan halen ze
wéér eens 4 flesjes in huis. Maar in die tussentijd
waren ze niet „genoodzaakt", zoals in de krappe
jaren, om elke avond een glas bier te drinken „om
die kist leeg te krijgen"!
Het op elk gewenst tijdstip verkrijgbaar zijn van
een artikel maakt, dat dat artikel wordt gekocht
op het moment, waarop en in de hoeveelheid
waarin het bemachtigd wordt.
Of met andere woorden: er zijn artikelen, welker
verbruik wordt opgedreven door de rantsoene
ring, omdat het periodiek vervallen van de bon
nen „dwingt" tot het kopen van dat artikel in
hoeveelheden en op tijdstippen, die niet met de
behoefte overeenkomen.
Wanneer wij dan, na deze lange uitweiding, ein
delijk terugkeren tot de jenever, dan ligt de con
clusie voor de hand, dat dit óók zo'n product is,